nummer 941, 10 december 2023
Dit nummer wordt gestuurd naar ongeveer 4800 adressen.
|
De WiskundE-brief is een digitale nieuwsbrief, gericht op wiskundedocenten in het voortgezet onderwijs,
met als doel om een snelle onderlinge uitwisseling van informatie en
meningen mogelijk te maken. De brief verschijnt buiten de schoolvakanties minstens
één keer per twee weken. Het abonnement is gratis.
Uw bijdragen aan de WiskundE-brief zijn welkom op het e-mailadres
van de redactie. Op de website van de WiskundE-brief
kunt u zich abonneren, vindt u alle voorwaarden en advertentietarieven en kunt u oude nummers nalezen.
|
Artikelen en bijdragen | | |
Vacatures in het onderwijs | | |
Advertenties | | |
PISA-scores hard onderuit
Op 5 december zijn de resultaten voor 2022 van het Programme for International Student Assessment (PISA) bekend gemaakt.
In de publiciteit ging het vooral om de ontwikkeling van de leesvaardigheid.
Maar wiskunde, beter: wiskundige geletterdheid, was dit keer hoofdonderwerp en ook daar zijn de scores sterk gedaald.
PISA richt zich op leerlingen van 15 jaar oud.
Bij wiskundige geletterdheid gaat het om het gebruik van wiskunde in min of meer praktische situaties.
Sinds 2018 wordt dat digitaal getest, en de laatste keer ook adaptief.
Afhankelijk van het resultaat van eerdere vragen kreeg de leerling moeilijker of juist makkelijker vragen voorgezet.
Het onderzoek wordt georganiseerd door de Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD), in Nederland ook wel aangeduid als de OESO.
Naast leden van de OECD doen ook landen en regio's mee.
De scores zijn zo genormeerd dat het gemiddelde van alle deelnemers tijdens het eerste onderzoek (in 2003) precies 500 was, en de standaardafwijking 100.
In tegenstelling tot eerdere metingen vond in Nederland dit jaar het onderzoek niet plaats in het voorjaar, maar in de herfst.
Daardoor omvatte de steekproef dit keer vooral leerlingen uit het vierde leerjaar (72%) en zelfs een behoorlijke groep (11%) vijfdeklassers.
Resultaten
Nederland scoorde in het begin van deze eeuw hoog bij wiskundige geletterdheid, maar zakt steeds verder weg naar de middenmoot:
Sinds de vorige meting is de gemiddelde score met 26 punten gedaald, dat is circa een kwart van de standaardafwijking en net wat forser dan in de meeste andere landen.
Ondanks dat behoort Nederland nog steeds bij de beter presterende landen in Europa.
Ten opzichte van het gemiddelde van de 14 landen van de 'oude' Europese Unie (Eu14) scoorden de Nederlandse leerlingen 14 punten (0,14 standaardafwijking) hoger.
Vier jaar geleden was dat nog 22 punten en 15 jaar daarvoor zelfs 36 punten (0,36 sd).
Opmerkelijk is dat de verschillen tussen jongens en meisjes, die bij de vorige twee metingen praktisch verdwenen waren, weer groter zijn geworden.
De meisjes scoorden bij deze test circa 0,1 standaardafwijking lager dan de jongens.
Vmbo
Als we kijken naar de verschillende opleidingen zien we dat vooral op het vmbo de scores sterk zijn gedaald.
Ze liggen zo'n halve standaardafwijking lager dan bij de vorge meting.
Een halve standaardafwijking (50 punten) was ook ruwweg de afstand tussen de verschillende opleidingen.
De scores op het vmbo zijn zo laag dat een groot deel van de leerlingen op het vmbo niet voldoet aan wat als het minimaal vaardigheidsniveau gezien wordt om goed te functioneren in de maatschappij.
U zou dit 'ongecijferd' kunnen noemen, hoewel een dergelijk woord ook misverstanden kan veroorzaken.
Bij de leerlingen van de theoretische (en gemengde) leerweg gaat het om 28%, bij kader beroeps, om een ruime meerderheid (65%) en bij vmbo-basis zelfs om de overgrote meerderheid, meer dan 85%.
Domeinen
PISA onderscheidt bij wiskundige geletterdheid vier 'inhoudsdomeinen':
- Hoeveelheden (rekenen)
- Veranderingen en relaties (verbanden en vergelijkingen)
- Ruimte en Vorm (meetkunde)
- Onzekerheid en gegevens (statistiek)
Wanneer wiskundige geletterdheid hoofdonderwerp is kan er, door de hoeveelheid gestelde vragen, wat meer gezegd worden over de scores bij de diverse onderdelen.
Hieronder zijn de gegevens van 2003, 2012 en 2022 in beeld gebracht.
Wat opvalt is dat de scores op de verschillende onderdelen naar elkaar toegekropen zijn.
In 2003 scoorden de Nederlandse jongeren erg goed op de onderdelen verbanden en statistiek, en duidelijk minder bij rekenen en meetkunde.
Nu is dat beeld anders.
Lichtpuntjes?
Dit alles neemt niet weg dat de leerlingen in Nederland nog steeds beter scoren dan in de meeste andere Euopese landen.
Alleen in Estland en Zwitserland liggen de resultaten hoger.
De scores van onder andere België, Denemarken, het Verenigd Koninkrijk, Polen en Oostenrijk liggen ongeveer op gelijke hoogte, en die van onder andere Finland, Zweden, Hongarije, Duitsland en Frankrijk significant lager.
Ook bij de houding van de leerlingen ten opzichte van wiskunde zijn wat positieve punten op te pikken.
Nederlandse leerlingen maken zich minder zorgen of ze wiskunde wel aankunnen dan in veel andere landen.
Toch maakte 35% van de jongens en 56 % van de meisjes zich naar eigen zeggen zorgen over de moeilijkheid van de wiskundelessen.
20% van de jongens en 32% van de meisjes gaf aan zich hulpeloos te voelen bij het oplossen van wiskundeproblemen.
De score op 'wiskundeangst' is hier echter aanzienlijk lager dan gemiddeld in de OECD landen.
Alleen Finland scoort wat dit betreft nog beter.
Daar staat tegenover dat de indruk die de leerlingen hebben van hun eigen vaardigheden op het gebied van wiskunde/rekenen vrij laag is, en nauwelijks hoger dan het OECD gemiddelde.
Jongens scoren duidelijk hoger dan meisjes, vooral als er techniek bij komt kijken zoals bij het berekenen van het wekelijks energieverbruik van een elektronisch apparaat.
Bij het oplossen van eerstegraads vergelijking liggen de antwoorden dichter bij elkaar.
Bijna een kwart voelt zich niet zeker bij dit onderwerp.
De meeste Nederlandse leerlingen staan positief tegenover de wiskundelessen.
Voor bijna 30% is het een van de favoriete vakken, bijna de helft vindt het vak makkelijk en meer dan 80 % wil goed z'n best doen in de wiskundeles.
Op het vwo is dat zelfs ruim 90% en op het vmbo wat minder.
Wat wel weer opmerkelijk is dat bij vmbo basis wiskunde favorieter (en "makkelijker") is dan bij vmbo kader.
gk
bronnen:
Resultaten PISA-2022 in vogelvlucht,
PISA website
|
Bewijzen
In het huidige wiskunde B curriculum voor het vwo is Euclidische meetkunde vervangen door analytische meetkunde. Nieuwe studenten, vanaf 2018, hebben weinig of geen ervaring met het bewijzen van stellingen in de vlakke meetkunde.
Docenten van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) constateerden dat wiskundig bewijzen in zijn algemeenheid problematisch is voor deze studenten. Niet alleen bleek het moeilijk om deze vaardigheid onder de knie te krijgen, maar ze vonden het niet zelden onzinnig: waarom moeten we dingen bewijzen die overduidelijk waar zijn?
Daarom voerden Bert Zwaneveld en Hans Sterk aan de TU/e een onderzoek * uit met als hoofdvraag: Is wiskundig bewijzen een drempelbegrip, zoals bijvoorbeeld limieten bij analyse?
Het idee van drempelbegrippen (threshold concepts) komt uit een Engels onderzoek naar karakteristieken van krachtige leer- en onderwijsomgevingen.
Het richt zich op concepten die centraal staan bij het leren beheersen van onderdelen van een discipline.
Het onderzoek bestond uit raadpleging van literatuur en een enquête onder 132 studenten aan het eind van het eerste jaar over hun problemen met bewijzen, hun kijk op de rol van bewijzen bij wiskunde, hun niveau van bewijsvaardigheden en hun beeld van drempel-karakteristieken van bewijzen.
De literatuur wees uit dat een bewijs kunnen verifiëren niet betekent dat het bewijs ook is begrepen.
En een bewijs begrijpen betekent nog niet dat een verwant bewijs geleverd kan worden.
Een veel voorkomende fout is dat studenten starten bij de conclusie in plaats van uitgaan van de gegevens en aannames.
Daarbij komt dat formele definities niet begrepen worden en dus niet correct in een bewijs gebruikt kunnen worden.
Het vergt tijd en herhaling om hiermee verder te komen.
Onderzoeksconclusies
Aan het eind van het eerste jaar vinden alle studenten bewijzen belangrijk.
De meest gegeven toelichting is de absolute waarheid en een beter begrip.
Voor bijna allemaal verandert bewijzen hun kijk op het vak.
Bewijzen is vooral moeilijk als een student niet zeker weet hoe te beginnen.
Ook is genoemd dat ze niet zeker weten wat in een bewijs wel en niet geoorloofd is, dat ze onvoldoende kennis hebben over de regels van de logica en dat ze onvoldoende overzicht hebben van bewijsstrategieën.
Bewijzen laat zien hoe wiskunde werkt, het geeft een beter begrip van de gebruikte wiskundige noties en maakt het mogelijk relaties tussen concepten te zien.
Hoe verder?
De hoofdvraag is bevestigend beantwoord: bewijzen is een drempelvaardigheid.
En omdat de houding ook een rol speelt mogelijk zelfs een drempelcompetentie.
In het bijzonder verandert de kijk van studenten op het belang van bewijzen voor goed gedurende het eerste studiejaar, door kennis te maken met bewijzen.
De onderzoekers adviseren om bewijzen weer een plaats te geven in het curriculum van in ieder geval het vwo: start eenvoudig, benadruk de structuur, en ga geleidelijk over op wat lastiger zaken.
Per september jongstleden is het Applied Mathematics programma op de TU/e herzien, met vernieuwde aandacht voor bewijzen.
jk
* Voor meer informatie, raadpleeg de diapresentatie die binnenkort op de NVvW-site beschikbaar is en de nog te verschijnen bijdrage van
Bert Zwaneveld, Hans Sterk en Jacob Perrenet: Mathematical Proving as a Threshold in: Jason P. Davies et al., Threshold Concepts in the Moment. Brill 2023.
|
Rekenniveau onderbouw voortgezet onderwijs
Recentelijk, maar nog voor de publicatie van de jongste PISA-cijfers, is opnieuw gerapporteerd over de ontwikkeling van basisvaardigheden in het voortgezet onderwijs, met name in de onderbouw. De teneur is dat de dalende tendens aan blijft houden en er nog weinig herstel zichtbaar is. Hieronder gaan we wat verder in op de ontwikkeling bij rekenen/wiskunde.
Zoals eerder uiteengezet (zie bijvoorbeeld WiskundE-brief 898) gaat het in feite om de gegevens uit het Cito Volgsysteem Voortgezet Onderwijs (CVVO). Hoewel slechts een minderheid van de scholen van dit systeem gebruik maakt, worden de resultaten redelijk representatief geacht voor alle leerlingen in het voortgezet onderwijs.
In de eerste klas lijkt er nog niet zoveel aan de hand. Hieronder ziet u de scores van de toets die in het voorjaar in de eerste klassen wordt afgenomen. In 2020 werd, in verband met corona, de toets niet afgenomen.
De scores 1) hebben (behalve op het vwo) weliswaar een dalende tendens, maar de meest recente scores en die van dit voorjaar liggen niet veel lager dan die van 2019. De toets die aan het begin van de eerste klas (zo rond de herfstvakantie) wordt afgenomen geeft in grote lijnen het zelfde beeld.
Leerjaar 3
Bij de tweede en derde klas lijkt de situatie minder rooskleurig. Hieronder is de ontwikkeling in klas 3 in beeld gebracht.
Vooral op havo en vwo lijkt sprake van een behoorlijke achteruitgang. Maar hoe ernstig is het eigenlijk? Als we de uitkomsten van 2023 vergelijken met die van 2019 gaat het om een daling die varieert van circa 3 (vmbo basis en kader) tot bijna 6 (havo) punten. Als referentie zou u kunnen letten op de verschillen tussen de gemiddelden van de diverse stromen. De daling van 6 punten in 3 havo komt dus overeen met circa 30% van de afstand tussen de gemiddelde havoleerling en de gemiddelde leerling op vmbo gt (gemengde en theoretische leerweg). Een andere veel gebruikte vergelijking is met de standaardafwijking van de scores. Die varieert zo tussen de 15 (vmbo b/k) en 20 (vwo). Als we de daling hiermee vergelijken komen we uit op een effectgrootte van ongeveer 0,3 (bij vmbo b/k: 0,2). Er zijn uiteraard andere vergelijkingen mogelijk.
Verschillen
Jongens scoren vanaf klas 1 (en ook op de basisschool) van oudsher hoger bij rekenen/wiskunde dan meisjes. Het lijkt erop dat dit verschil in de loop van klas 2 en 3 alleen maar toeneemt. In veel gevallen gaat het om zo'n 10 punten, de helft van de afstand tussen bijvoorbeeld havo en vwo. Hieronder de situatie tegen het einde van klas 3.
gk
1) De scores zijn volgens een nieuw systeem, en wijken af van eerder gepubliceerde scores.
bronnen:
|
Compensatie via de N-term
Bij alle schriftelijke eindexamens wiskunde van 2023 was sprake van tijdnood.
Daarvoor is via de N-term gecompenseerd.
Bij andere vakken kwam tijdnood sporadisch voor.
Bij een wiskunde-examen is ook voor 'onvolkomenheden' gecompenseerd, maar de achterliggende systematiek roept vragen op.
Begin december is het eerste
gezamenlijke examenverslag van het College voor Toetsen en Examens (CvTE) en de Stichting Cito gepubliceerd.
In een bijlage bij dit verslag wordt gedetailleerd verslag gedaan van de compensatie via de N-term voor fouten (of onvolkomenheden) in opgaven en voor tijdnood.
Bij alle schriftelijke eindexamens wiskunde blijkt tijdnood geconstateerd te zijn.
In verband daarmee is de N-term in bijna alle gevallen met 0,1 punt verhoogd.
Bij het wiskunde B examen vwo vond bovendien compensatie plaats voor een onvolkomenheid in vraag 13, daar bedroeg de totale compensatie 0,2 punt.
Merkwaardig
Merkwaardig is wel dat de compensatie voor een onvolkomen vraag lager uitvalt naarmate de vraag slechter is gemaakt.
Een vraag die 4 van de 80 punten waard is, heeft een cijferwaarde van 0,5 punt.
Wanneer die vraag ondanks onvolkomenheden goed gemaakt is (80% score) zou volgens de gehanteerde formule de compensatie 0,4 punt bedragen.
Als de vraag belabberd gescoord wordt (20%), slechts 0,1.
In een publicatie uit februari van dit jaar 1) wordt dit gebillijkt door erop te wijzen dat een kandidaat die 0 punten scoort op deze vraag, nu evenveel krijgt als de gemiddelde leerling.
Voor het tweede tijdvak geldt trouwens een heel andere regeling, daar wordt juist gekeken naar de gemiddelde score op de andere vragen.
Nog merkwaardiger is misschien dat toepassing van de regel op de bewuste vraag 13 in het wiskunde B examen een compensatie zou opleveren van 9*0,58*6/76 ≈ 0,4 punten
2)
, terwijl de totale compensatie (voor onvolkomenheid en tijdnood) 0,2 punten bedroeg.
Dat zou betekenen dat de compensatie voor tijdnood negatief zou zijn!
Bij andere vakken werd tijdens het eerste tijdvak (bij de schriftelijke examens) in het totaal negen keer gecompenseerd wegens onvolkomenheden en slechts vier keer vanwege tijdnood.
gk
1) Regeling van het College voor toetsen en examens van 6 februari 2023, nummer CvTE-23.00408
2) Het ging om een vraag die 6 punten waard was, met een p-waarde van 0,58. De maximale score voor het examen was 76 punten. Zie de Toets- en Item Analyse van dat examen.
|
Hulp gevraagd bij minimalisering PTA
Ik ben werkzaam op het Montessori college in Arnhem en geef les in de bovenbouw havo, zowel wiskunde A als B. Het aankomend schooljaar wil ik veel minder gaan toetsen. Daarvoor is een forse aanpassing van het PTA nodig. Wellicht is er een collega die daarbij wil helpen.
De opzet is alleen de verplichte onderdelen te toetsen in het schoolexamen. Dat betekent bijvoorbeeld voor wiskunde A dat alleen domein A (Vaardigheden), D (Verandering), en de subdomeinen B3 (Telproblemen) en E5 (Statistiek met ICT) worden getoetst.
Ik werk op een relatief kleine school, en mis in dit verband een sparringpartner.
Graag zou ik in contact komen met collega's die al veel minder zijn gaan toetsen en/of slechts alleen de domeinen toetsen die verplicht zijn.
Jurjen van Manen j.vanmanen@montessoriarnhem.nl
|
Klankbordbijeenkomsten vakvernieuwing
Op dit moment werkt een vakvernieuwingscommissie (VVC) aan de actualisatie van het examenprogramma wiskunde voor havo/vwo.
Ik organiseer twee online klankbordbijeenkomsten om een inbreng te kunnen geven vanuit het hbo-onderwijs.
Tijdens die klankbordbijeenkomsten staan steeds tussenproducten centraal.
Het eerstvolgende tussenproduct gaat verwachting over de uiteindelijke indeling van de domeinen en mogelijk over een verdere uitwerking van de manier waarop de eindtermen worden opgezet.
Ik verwacht dat dan ook zaken als digitalisering en computationeel denken flink verder zijn uitgewerkt.
Dit tussenproduct wordt begin december aan ons opgeleverd.
De beoogde veranderingen in het wiskunde-onderwijs geven veel stof tot discussie, die zeer relevant is voor hbo-docenten en waarin zij ook een belangrijke stem hebben.
Om alle betrokkenen te raadplegen is een advieskring ingesteld, waarin ik het hbo-onderwijs in de natuur-, gezondheid- en techniekrichtingen vertegenwoordig.
Om die adviesrol goed te kunnen uitvoeren, organiseer ik op donderdag 11 januari en donderdag 16 mei twee online klankbordbijeenkomsten.
Bent u docent in het hbo en wilt u aan deze bijeenkomst deelnemen, dan bent u van harte welkom.
Kijk hier voor meer informatie.
Meld u eenvoudig bij mij aan, dan informeer ik u verder.
Christiaan Boudri ( christiaan.boudri@han.nl)
|
Vacatures in het onderwijs
In deze rubriek staan vacatures die we relevant achten voor wiskundeleraren.
Voor de voorwaarden: zie www.wiskundebrief.nl.
Vacature Windesheim
We zoeken een lerarenopleider gespecialiseerd in Wiskunde.
Deze baan (32 - 40 uur per week) doet er toe want u gaat toekomstige leraren wiskunde opleiden!
En dat doet u in een professioneel en superleuk team!
Interesse?
Kijk hier voor meer informatie.
Solliciteren kan tot en met 7 januari 2024.
|
Advertenties
Elke maand een nieuw wiskunde webinar
Dinsdag 12 december hosten we het webinar: Activerende werkvormen.
In deze masterclass geven Sarah Brusell en Vera van Westerlaak tips om wiskundelessen interactiever te maken. Meld u aan voor deze interactieve en praktische sessie en ontvang na afloop een overzicht met extra lesideeën. Bent u erbij?
U kunt zich via deze pagina aanmelden.
Tip! Kijkt u liever wanneer het u goed uitkomt? Het complete webinaroverzicht en on-demand webinars vindt u op
Noordhoff.nl/wiskundewebinars.
|
|
|
Docentenmiddag KERN Wiskunde
Kom woensdag 17 januari naar Amsterdam en maak kennis met het team, de auteurs en gebruikers van KERN Wiskunde. Het programma start om 16:00 uur.
Hoor wat collegas vinden van het werken met onze methode en vraag wat u wilt weten.
Onder het genot van een hapje en een drankje kunt u al het materiaal bekijken en ervaringen uitwisselen.
Ga geïnspireerd en met een goed gevulde maag en dito goodiebag naar huis.
Heeft u interesse? Stuur een mail aan: kernwiskunde@boom.nl.
Komt de datum of locatie u niet goed uit?
Woensdag 7 februari bent u ook welkom in Meppel.
|
|
|
Gratis Texas Instruments software
Download gratis Texas Instruments computersoftware
Handig voor op school: de gratis multi-user softwarelicentie voor 30 docenten die Texas Instruments beschikbaar stelt!
Deze software is te gebruiken op laptops, tablets en digibord en maakt uw les interactiever.
U toont uw rekenmachine op het digibord en leidt leerlingen door de opdrachten.
Elke school kan voor elke technologie maximaal 1 gratis licentie voor 30 docenten aanvragen.
Vul daarom vandaag nog dit formulier in!
|
|
|
NumWorks onder de kerstboom
Een NumWorks grafische rekenmachine onder de kerstboom?
De missie van NumWorks is om de beste grafische rekenmachine voor het voortgezet onderwijs te maken.
Dit doet NumWorks door alle benodigde functionaliteiten voor de havo/vwo programma's aan te bieden.
Deze functionaliteiten werken net zo vanzelfsprekend als de smartphone of game-console waar leerlingen dagelijks gebruik van maken.
Wilt u de NumWorks onder de kerstboom vinden? Vraag dan een gratis testexemplaar aan!
Vragen? Stuur Martijn een berichtje via contact@numworks.nl.
|
|
|
Gratis de HP Prime zelf testen?
Eindelijk werken met een grafische rekenmachine die met z'n tijd is meegegaan?
Leerlingen minder willen laten betalen dan nu voor hun huidige machine?
Dan is de HP Prime G2 voor u de juiste keus!
Samen met HP biedt Eduwinkel de mogelijkheid voor docenten om de HP Prime zonder kosten aan te vragen en te testen.
Ga meteen naar de website en vraag uw gratis docentenexemplaar aan.
Wij sturen u er meteen eentje op en nemen op een later moment graag contact op over een mogelijke demonstratie of workshop.
|
|
|
|
|