nummer 930, 7 mei 2023
Dit nummer wordt gestuurd naar ongeveer 4850 adressen.
|
De WiskundE-brief is een digitale nieuwsbrief, gericht op wiskundedocenten in het voortgezet onderwijs,
met als doel om een snelle onderlinge uitwisseling van informatie en
meningen mogelijk te maken. De brief verschijnt buiten de schoolvakanties minstens
één keer per twee weken. Het abonnement is gratis.
Uw bijdragen aan de WiskundE-brief zijn welkom op het e-mailadres
van de redactie. Op de website van de WiskundE-brief
kunt u zich abonneren, vindt u alle voorwaarden en advertentietarieven en kunt u oude nummers nalezen.
|
Artikelen en bijdragen | | |
Verschenen | | |
Vacatures in het onderwijs | | |
Advertenties | | |
Gewoon meedoen in de les...
Al enige tijd heb ik het gevoel dat we onze leerlingen veel nutteloos huiswerk laten maken.
Mijn dagelijkse praktijk bestond lange tijd uit het koppelen van opgaven aan lessen.
Alles wat niet af was, ging mee als huiswerk.
Dit waren meestal de lastigste opgaven.
Sinds korte tijd deel ik de opgaven anders in, naar kennis, vaardigheden en probleemoplossend vermogen.
De kennisopgaven moeten allemaal gemaakt worden door elke leerling, want ze moeten allemaal alle kenniselementen tot zich nemen.
Maar voor de vaardigheids- en probleemoplosopgaven geldt dat niet.
De vaardigheidsopgaven moeten zoveel als nodig gemaakt worden; dat kan eventueel thuis als het echt niet lukt in de les.
In de categorie probleemoplossen geldt dat alle oefening mooi meegenomen is, maar dat het zeker niet essentieel is dat iedere leerling elke opgave gezien heeft.
4 havo
In mijn 4 havo wiskunde A klas ben ik ook nog eens gaan werken volgens de principes van Building Thinking Classrooms van Peter Liljedahl.
Veel leerlingen waren enorm sceptisch en ik moest veel weerstand overwinnen, maar na een paar maanden gaven ze zich gewonnen.
Vanaf dat moment zag ik een enorme toename aan denkactiviteit bij mijn leerlingen.
Het was bijna niet meer nodig om te vragen bij de les te blijven of de mobiel weg te doen.
Van de 50 minuten werden meestal ruim 40 minuten nuttig gebruikt.
De leerlingen beleefden duidelijk plezier aan de lessen en ik des te meer, maar toen kwam de toets.
En toen kwam de toets
De toets ging over tabellen, grafieken en lineaire verbanden (hoofdstukken 1 en 3 van Getal en Ruimte) en nog een stuk herleiden uit de onderbouw.
De leerlingen waren met veel plezier naar de lessen gekomen en hadden hard gewerkt, maar op het laatste moment sloeg de stress toe.
Vlak voor de toets werd het boek erbij gepakt om nog even te leren, maar ik had in de lessen weinig met het boek gedaan.
De leerlingen herkenden de abstracte uitleg in het boek helemaal niet uit de les, dachten dat ik heel veel niet had uitgelegd en dat de toets dus een ramp zou worden.
Naast het boek had ik nog een blad uitgedeeld met de vaardigheden die aan bod waren gekomen.
Dat ging een deel van de leerlingen toen maar leren in plaats van nog met het boek te werken.
Met lood in de schoenen gingen ze naar de toets.
Toen de toets was geweest was de rust wedergekeerd.
Na nagekeken te hebben was er zelfs een euforische stemming.
Gemiddeld een 7,0!!!
Conclusie van de leerlingen: 'Gewoon meedoen in de les en dan hoef je vlak voor de toets niets meer te doen.
Hooguit nog even de vaardigheden bekijken.'
Conclusie
Les voor mezelf: Het boek helemaal niet meer gebruiken of wel even samen met de leerlingen de vertaalslag naar het boek maken.
De vraag die nu beantwoord moet worden is dus of het leren van abstracte wiskundetaal voor mijn leerlingen in 4 havo met wiskunde A een leerdoel is of niet.
Maarten Müller, m.muller@marianum.nl
|
Minder leerlingen bevorderd in het vo, maar niet overal
Er wordt in het voortgezet onderwijs meer gedoubleerd dan in de jaren voor corona.
Ook de 'afstroom' naar een 'lagere' onderwijsvorm neemt toe.
De problemen lijken zich te concentreren op klas drie en hoger.
De laagste twee klassen laten vaak een ander beeld zien.
Je kunt discussiëren over de wenselijkheid van termen als zitten blijven, doubleren, opstromen en afstromen, maar het is wellicht ook goed om naar de cijfers te kijken.
In het eerste coronajaar (2020) is erg ruim bevorderd op de Nederlandse scholen.
Hoe ziet het beeld er nu uit?
In WiskundE-brief 909 werd voorzichtig geconcludeerd dat het op 'terug naar normaal' leek.
In dat artikel kwamen al opmerkelijke verschillen tussen leerjaren en onderwijstypes aan de orde.
De cijfers van vorige zomer suggereren dat 'terug naaar normaal' in veel gevallen een te florissante voorstelling van zaken is.
Het percentage doubleurs in het voortgezet onderwijs bedroeg 6,4.
Dat was iets hoger dan vlak voor corona.
In 2019 bleef 6,2% zitten.
De eindexamenklassen zijn hierbij buiten beschouwing gelaten.
Door de diverse maatregelen die getroffen zijn is niet veel examenleed voorkomen, maar zijn de cijfers van de laatste drie jaar ook niet te vergelijken met eerdere jaren.
De afstroom naar een 'lager' type onderwijs was met 4,2% gelijk aan dat in 2019.
Op het totaal werd in 2022 10,6% van de leerlingen niet bevorderd, dat is nauwelijks meer dan in 2019.
Gezien de tendens in de jaren 2016-2019 lijkt dat nog mee te vallen.
Nadere analyse laat zien dat we dit beeld moeten bijstellen.
Klas 3 en hoger
Als we kijken naar leerjaar 3 en hoger zie we een beeld dat niet erg opwekkend is.
De doorstroom is duidelijke slechter dan voor de coronatijd.
Deze leerjaren hebben twee jaar eerder, in 2020, te maken gehad met een zeer ruimhartige bevordering en het lijkt erop dat daarvoor nu de tol betaald wordt.
'Lijkt' moet in dit geval onderstreept worden, een echte analyse van oorzaken en gevolgen is op zijn zachts gezegd erg lastig.
De basisberoepsgeoriënteerde leerweg ontbreekt in de grafiek en is ook een buitenbeentje.
Daar wordt niet meer gedoubleerd dan vroeger en daar is afstroom niet aan de orde.
Zoals bekend doen meisjes het in het voortgezet onderwijs het over het algemeen wat beter dan jongens; ze blijven minder zitten en stromen ook minder af.
De meest recente cijfers van de leerjaren 3 en hoger laten een opmerkelijk beeld zien:
Het lijkt wel of het verschil tussen jongens en meisjes kleiner wordt.
De verslechtering van de doorstroom bij de meisjes is in ieder geval opmerkelijk.
Dit beeld zien we terug bij bijna alle opleidingen, en het sterkst op de havo.
Het constateren is eenvoudig, verklaren heel lastig.
Zelfs bij de relatie tussen deze ontwikkelingen en corona kunnen vraagtekens gezet worden als we kijken naar de ontwikkeling vlak voor 2020.
Zo op het oog passen de cijfers van 2022 redelijk bij de ontwikkeling tussen 2017 en 2019 (zie ook WiskundE-brief 869 en WiskundE-brief 870).
Onderbouw
Bij klas 2 zien we bij havo in 2021 een sterke reactie op de soepele overgang het jaar daarvoor en daarna iets wat lijkt op een herstel van de situatie voor corona.
Bij de gemengde havo/vwo-klassen is de reactie wat minder fel, maar de ontwikkeling vergelijkbaar.
Op het vmbo is het verloop net wat anders.
Het lijkt wel alsof daar de reactie wat gefaseerd optreedt.
Ook in leerjaar 2 lijken de resultaten van jongens en meisjes trouwens wat naar elkaar toe te kruipen.
Klas 1 geeft een wat ander beeld.
Niet zelden werd er juist wat ruimer bevorderd dan vóór de coronaperiode.
Dat lijkt met name het geval te zijn bij de brede brugklassen vmbo.
Anderzijds lijkt de situatie met name op de havo (en havo/vwo) nog verre van stabiel.
gk
--------
In de grafieken begint de verticale as soms niet bij 0. Dat is een bewuste keuze. De ontwikkeling in de loop van de jaren komt zo beter tot zijn recht.
|
Een nieuwe wind door onderwijsland?
Minister Wiersma wil het onderwijs strakker gaan aansturen.
Onderdeel van de plannen is het verplicht stellen van een leerlingenvolgsysteem in de onderbouw van het voortgezet onderwijs.
Sommige voorstellen doen erg denken aan een wetsontwerp van tien jaar geleden, maar er zijn ook nieuwe elementen.
Nieuw zijn bijvoorbeeld de nadruk op heldere leerdoelen, die controleerbaar gehaald moeten worden, en nieuw geformuleerde eisen aan de lessen die gegeven worden.
Vorige maand heeft minister Wiersma
in een brief aan de Tweede Kamer aangekondigd het funderend onderwijs beter en directer te willen aansturen.
Dit naar aanleiding van de aanhoudende stroom berichten over achteruitgang van de prestaties en het toenemend belang van de sociale positie van ouders voor de prestaties van leerlingen ('kansenongelijkheid').
Als eerste actiepunt noemt de minister het formuleren van heldere en controleerbare kerndoelen en eindtermen.
Heldere kerndoelen
"Allereerst, de kerndoelen en eindtermen zijn voor leraren te globaal om goed onderwijs vorm te geven.(..)
De Inspectie van het Onderwijs (..) kan onvoldoende zien of deze doelen behaald worden en de regering (en Tweede Kamer) kan onvoldoende controleren of beleid effect heeft.
Niet in de laatste plaats omdat naast het ontbreken van doelen ook het inzicht in en de verantwoording over de besteding van onderwijsgeld nog voor verbetering vatbaar is." |
Bovenstaande is behoorlijk actueel. Op dit moment wordt er hard gewerkt aan de actualisatie van kerndoelen voor rekenen en wiskunde in de onderbouw van het voortgezet onderwijs.
Zowel de concreetheid als de toetsbaarheid van de nu geformuleerde kerndoelen zijn - voorzichtig gezegd - een punt van aandacht. 1)
In de brief van Wiersma wordt ook al rekening gehouden met de noodzaak om de doelen te herformuleren.
"De eerste conceptkerndoelen voor taal en rekenen zijn conform planning af en de totale set voor taal en rekenen zal na de zomer van dit jaar middels een pilot worden aangescherpt indien nodig." |
Goed onderwijs
Jarenlang werd vanuit ministerie en inspectie uitgedragen dat het bij goed onderwijs vooral ging om leerlingen die actief bezig waren, docenten die niet te veel aan het woord waren en veel aandacht voor verschillen tussen leerlingen.
Daar lijkt nu verandering in te komen:
"Ik versta onder goed onderwijs onder andere de kwaliteit van de lessen, directe instructie voor leerlingen, het afstemmen van onderwijs op de voortgang in de ontwikkeling van leerlingen en het onderling feedback vragen en geven door leraren.
Bij goed onderwijs wordt evidence-informed gewerkt." |
De uitdrukking evidence informed verwijst naar docenten die op de hoogte zijn van wetenschappelijk onderzoek op het gebied van leren en onderwijzen.
Deze formulering geeft de leraren wat meer ruimte dan evidence based, waarbij docenten hun aanpak moeten baseren op wetenschappelijk onderzoek.
Leerlingenvolgsysteem
In de onderbouw, zo is het plan, wordt een leerlingenvolgsysteem verplicht.
In het basisonderwijs is dat nu al het geval.
Bij een leerlingenvolgsysteem gaat het niet alleen om het bijgehouden van resultaten (zoals in Magister), maar ook om methodeonafhankelijke, genormeerde toetsen.
Ook worden scholen verplicht om aan peilingsonderzoeken mee te doen.
Er wordt niet uitdrukkelijk verwezen naar internationale onderzoeken zoals PISA, maar ik vermoed dat daaraan wel aan gedacht wordt als het om het voortgezet onderwijs gaat.
Dit doet erg denken aan een
wetsvoorstel van tien jaar geleden.
Destijds werd het zo geformuleerd:
"Scholen worden verplicht in de eerste drie leerjaren van het vwo en het havo, en in de eerste twee leerjaren van het vmbo (de onderbouw) een leerlingvolgsysteem te gebruiken dat de vorderingen van de leerlingen meet in de vakken Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen (de doorstroomvakken).
Voorts moeten de leerlingen aan het einde van de onderbouw een diagnostische toets afleggen in deze doorstroomvakken.
Tenslotte worden scholen verplicht om deel te nemen aan internationaal vergelijkende onderzoeken, zoals PISA." |
Dit wetsvoorstel is uiteindelijk in januari 2018 ingetrokken, na groeiende kirtiek op met name de Diagnostische Tussentijdse Toets (zie onder andere WiskundE-brief 727).
De ervaringen met de rekentoets speelden daarbij vermoedelijk een belangrijke rol.
Niet onomstreden
Het verplichte leerlingenvolgsysteem in het primair onderwijs is ook niet onomstreden.
De kritiek richt zich deels op het systeem van relatieve beoordelingen, waardoor altijd (landelijk gezien) 25% van de leerlingen een A (goed tot zeer goed) scoort en 25% een D of een E (zwak tot zeer zwak), onafhankelijk van het niveau van hun vaardigheden.
Ook is er kritiek op het systeem van meerkeuzevragen en zijn er vragen over de validiteit van de toets.
Het goed scoren op dit soort toetsen (b)lijkt vaak meer een kwestie van gerichte toetstraining dan van beheersing van de leerstof.
In de huidige situatie kiest een deel van de scholen in het voortgezet onderwijs voor het gebruik van een landelijk leerlingenvolgsysteem van bijvoorbeeld Cito, maar de meerderheid kiest er voor om dat niet te doen.
Een landelijk verplichting zonder brede overeenstemming over wat en hoe er getoetst moet worden, lijkt mij vragen om moeilijkheden.
gk
---------------------
Helaas zijn de voorstellen nog steeds 'vertrouwelijk' en is de groep wiskundedocenten die aan de besprekingen deelneemt nogal klein.
|
Alternatief voor GR
Met welk doel is het gebruik van de grafische rekenmachine (middel) ooit ingevoerd? Zelfs het CvTE heeft op deze vraag geen antwoord, maar wie eigenlijk wel? Er is ooit een hulpmiddel ingezet maar waar dit hulpmiddel voor dient, weet helaas niemand meer.
Sterker, het onderzoek dat ten grondslag ligt aan de invoering dat gaat dus niet over de inhoud is niet representatief voor de doelgroep en voor de aanpak in een 'dagelijkse' wiskundeles.
Ja, ik ken het antwoord dat het gebruik van de grafische rekenmachine (GR) zou bijdragen aan de ontwikkeling van het wiskundige inzicht en denken van de gemiddelde leerling.
Maar waaruit blijkt dat dit doel met dit middel wordt bereikt?
Of is dat doel wellicht helemaal niet bereikt?
Nu het gebruik van de GR al jaren gemeengoed is binnen het wiskundeonderwijs, en niet alleen in Nederland, wordt door het CvTE en inmiddels ook door onze overheid wederom een afgeleide discussie gevoerd.
De kosten van de GR schijnen belangrijker te zijn en gaven aanleiding tot een motie over het nut van de GR.
Typisch, maar eigenlijk heel triest.
De GR ter discussie
Maar de discussie die gevoerd moet worden, moet over het gebruik van de GR gaan: de GR als middel en niet als doel.
Een paar overwegingen die daarbij naar mijn mening een rol moeten spelen:
- De GR mag tijdens geen enkel examen in het hoger onderwijs -uitzonderingen daar gelaten- gebruikt worden.
- Alle GRs hebben een digitale variant (emulator) die voor scholieren gratis is en geen update-problemen kent.
- Er bestaan nog steeds belangrijke verschillen in software tussen de diverse merken.
- Leerlingen die moeite hebben met wiskunde ontwikkelen door het gebruik van de GR nog meer frustraties.
- Je moet als leerling bij gebruik van de GR een handeling twee keer uitvoeren: opschrijven en intypen.
- Een wiskundige schrijft zijn formules liever. Typen is vaak behoorlijk tijdrovend; denk aan een zelfgemaakt proefwerk.
- En last but not least, er zijn gratis alternatieven die veel intuïtiever werken en tal van extra mogelijkheden bieden, zoals het geven van uitleg of het genereren van extra opgaven.
Als het ontwikkelen van wiskundig inzicht een doel is van het gebruik van de GR zijn er betere mogelijkheden.
In dit filmpje laat ik er iets van zien.
Alternatief voor de GR in aantocht?
Maar laat het dan wel een goed alternatief zijn!
Sjuup Rekko
|
Werkgroep Welkom
Het is de tijd voor vacatures en sollicitatiegesprekken.
De Werkgroep Welkom wil graag de aandacht vragen voor een bijzondere groep kandidaten: wiskundedocenten die gevlucht zijn naar Nederland.
Zij komen onder andere uit landen als Turkije, Syrië, Afghanistan. Het zijn docenten die veel te brengen hebben in het Nederlandse wiskundeonderwijs en in eerste instantie nog wat extra begeleiding nodig hebben om duurzaam inzetbaar te zijn.
De Werkgroep Welkom van de NVvW maakte een korte film om dit zichtbaar te maken.
Die vind u hier.
De Werkgroep nodigt u van harte uit om deze film te bekijken en sollicitanten met een vluchtelingenachtergrond een kans te geven om hun oude beroep op te pakken op uw school, met uw hulp.
Desiree Agterberg,
NVvW-Werkgroep Welkom
|
Bijeenkomsten Vakvernieuwing
Op dit moment lopen er twee vernieuwingstrajecten rondom wiskunde.
De kerndoelen voor de onderbouw worden vernieuwd en daarnaast wordt er gewerkt aan invulling van de nieuwe wiskundevakken in de bovenbouw van havo en vwo.
De vernieuwing van de kerndoelen wiskunde voor de onderbouw is in de afrondende fase.
Nog voor de zomervakantie zal het ontwikkelteam het eindrapport opleveren met hierin 17 kerndoelen.
Examenprogramma's havo en vwo
Het ontwikkelteam voor de examenprogramma's voor havo en vwo zal naar verwachting op 10 mei een volgend tussenproduct opleveren.
Het bestuur van de NVvW zal weer meet-ups verzorgen waarin meegedacht kan worden over de nieuwe examenprogramma's.
Drie mogelijkheden
Om de het tussenproduct voor de examenprogramma's te bespreken organiseert de NVvW drie meetups:
- op maandag 22 mei online;
- op woensdag 7 juni online en
- op maandag 19 juni in Utrecht.
De meetups starten alledrie om 19.30 uur.
Via deze link kunt u zich opgeven.
|
Wiskunde D-middag op 8 juni 2023 in Delft
Op donderdag 8 juni organiseert TU Delft in samenwerking met Onderwijsnetwerk Zuid-Holland een middag voor leerlingen uit 4 en 5 vwo met wiskunde D in hun pakket.
In het bijzonder zijn ook de leerlingen die via de Bètasteunpunten wiskunde D online volgen van harte welkom.
Op de Wiskunde D-middag nemen we de leerlingen in drie verschillende workshops mee in de wiskundewereld op de TU Delft.
Daarbij nemen we als uitgangspunt onderwerpen die bij het vak aan bod zijn gekomen of misschien nog gaan komen.
Met als thema "Alles is wiskunde" spreken vertegenwoordigers uit de wereld van wetenschap en bedrijfsleven over het belang en de schoonheid van wiskunde.
Praktische informatie
Deze dag vindt plaats op donderdag 8 juni 2023 van 13:00 tot 16:00 uur in gebouw TU Delft Echo, Van der Burghweg 1, 2628 CS Delft.
De wiskunde D dag is bedoeld voor leerlingen uit 4 en 5 vwo met wiskunde D in hun pakket en voor wiskunde D docenten.
Voor begeleidende docenten is een apart programma over de aandachtspunten bij het vak Wiskunde D.
Meer informatie over de workshops volgt nog op onze website.
Aanmelden kan tot 26 mei 2023 en is gratis.
Maar vol = vol.
|
Imaginary in Amsterdam
Imaginary, de reizende wiskundetentoonstelling, is deze maand te zien in Amsterdam.
Voor schoolklassen kunnen er ook rondleidingen worden gereserveerd.
De pracht en kracht van wiskunde is een reizende tentoonstelling over zichtbare en onzichtbare wiskunde, met unieke 3D-objecten, bijzondere puzzels, interactieve apps en visualisaties.
Ook omvat de tentoonstelling talrijke mooie posters waarop je bijzondere wiskundige vormen ziet.
Met diverse interactieve apps kunt via grote touchscreens aan de slag.
U kunt spelen met symmetriepatronen, oppervlakken, lichtstralen, origami en muziek.
Verer kunt u kennismaken met de basisbegrippen van een AI-systeem.
Tijdens het expobezoek krijgt u een beter inzicht in het belang en de toepassingen van wiskunde voor onderzoek, simulatie, studie en dagelijks gebruik in de maatschappij.
Bezoek met klas
Voor schoolklassen/groepen van maximaal 32 leerlingen worden rondleidingen door wiskundestudenten van de UvA en VU georganiseerd, compleet met opdrachten voor de leerlingen.
De rondleidingen worden gegeven in de periode 8 mei tot en met 26 mei, 's morgens van 10-12 uur en 's middags van 13-15 uur.
Op 12 mei wordt de tentoonstelling officieel geopend en zijn er geen rondleidingen.
Op 16 mei is choreografe Roos van Berkel aanwezig met een groep performers die een interactieve performance uitvoeren waarbij permutaties centraal staan.
Een bijzondere mogelijkheid om leerlingen de pracht en kracht van wiskunde te laten ervaren.
Meer informatie vindt u op deze pagina.
|
Vakoverstijgend rekenen
Hoe kan een verhoudingstabel helpen om rekenvaardigheden te verbeteren?
Het gebruiken van een verhoudingstabel kan een krachtig instrument zijn om de rekenvaardigheid te verbeteren.
Maar dat werkt alleen als veel docenten meedoen, én als die tabel op de juiste manier gebruikt wordt.
Voor sommige leerlingen is een verhoudingstabel een trucje.
Ze vullen lukraak drie getallen in, en gebruiken het kruisproduct om het antwoord te berekenen.
Dat gaat vaak mis, en dan helpt het ook niet om overzicht te krijgen.
Een aanpak die wel werkt is wanneer bij een verhoudingstabel altijd de eenheden bij de getallen staan.
Dan is het invullen van zon tabel nooit een trucje.
In deze video wordt gedemonstreerd hoe dat werkt: Verhoudingstabel
Meer informatie over Vakoverstijgend Rekenen: Vakoverstijgend Rekenen
Meer informatie: k.hooyman@boni.nl
|
Vier deelneemsters, vier medailles
Allie Zong (17), Lieke van Dam (18), Damaris ter Haar (18) en Katya Nikitchenko (17) hebben deze week een knappe prestatie neergezet door alle vier een bronzen medaille te winnen
bij de European Girls Mathematical Olympiad in Portoro, Slovenië.
Zij zijn daarmee het eerste Nederlandse team ooit dat vier medailles weet te behalen bij deze prestigieuze wiskundewedstrijd.
Voor iedere opgave waren zeven punten te verdienen.
De Nederlandse deelneemsters hebben de volgende resultaten behaald:
- 24 punten - Brons: Allie Zong (17 jaar, Veldhoven, 5 vwo, Lorentz Casimir Lyceum Eindhoven)
- 18 punten - Brons: Lieke van Dam (18 jaar, Best, 6 vwo, Heerbeeck College Best)
- 16 punten - Brons: Damaris ter Haar (18 jaar, Zeewolde, 6 vwo, Chr. College Groevenbeek Ermelo)
- 16 punten - Brons: Katya Nikitchenko (17 jaar, Eindhoven, 5 vwo, Huygens Lyceum Eindhoven)
| Van links naar rechts: Allie, Lieke, Damaris en Katya | |
Spannend
Hoewel een Nederlands team in twaalf edities nog nooit zoveel punten scoorde op de EGMO, was het na de bekendmaking van de scores allerminst zeker of het team met vier medailles thuis zou komen.
Medaillewinnares Damaris: 'Het was lang spannend of 16 punten genoeg zou zijn voor een bronzen medaille, maar toen het duidelijk werd dat iedereen een medaille kreeg, waren we superblij. Zeer ervaren teamlid Allie deed al voor de vierde keer mee aan de EGMO en was desondanks ook erg onder de indruk: Het was een onvergetelijk moment om dit als team samen te kunnen vieren.' De resultaten van Allie en Katya, die beiden vorig jaar al in de prijzen vielen, zijn veelbelovend voor volgend jaar, als zij opnieuw kans maken om Nederland te vertegenwoordigen.
In het officieuze landenklassement eindigde Nederland op de 26e plaats van de 55 deelnemende teams, boven onder andere Frankrijk, Italië en Spanje.
In totaal ontvingen 57 van de 213 deelneemsters een bronzen medaille, 36 een zilveren medaille en 26 een gouden medaille.
De European Girls Mathematical Olympiad vond plaats van 13 tot 19 april.
In totaal deden 213 deelneemsters mee uit 54 verschillende landen, waaronder 16 gastteams uit niet-Europese landen, zoals Australië en Brazilië.
De EGMO is een jaarlijkse wiskundewedstrijd die georganiseerd wordt om meisjes te stimuleren hun wiskundetalent te benutten.
Op elk van de twee wedstrijddagen krijgen de leerlingen vier en een half uur de tijd om drie zeer lastige opgaven op te lossen.
|
Finale Alympiade
Op 17 en 18 maart deden er in totaal 13 teams mee aan de internationale finale van de Alympiade in Garderen.
Er is toen twee dagen lang hard gewerkt aan de analyse van het spel SPEXXX, in aanwezigheid van de makers van het spel, Waterfall Games.
Inmiddels heeft de Alympiadecommissie alle werkstukken beoordeeld en gerangschikt. Dit heeft de volgende uitslag opgeleverd:
plaats |
team |
aantal punten |
1 |
Gymnasium Johanneum (Ostbevern, D) |
5 |
1 |
Ørsted Gymnasiet (DK) |
5 |
2 |
HTX Køge (DK) |
9 |
3 |
XV. Gimnazija (Zagreb, KR) |
10 |
4 |
Montaigne Lyceum 2 (Den Haag) |
13 |
4 |
GSG Leo Vroman (Gouda) |
13 |
5 |
Kaichi Nihonbashi Gakuen (Japan) |
15 |
6 |
Greijdanuscollege (Zwolle) |
16 |
6 |
Komatsu high school (Japan) |
16 |
7 |
Montaigne Lyceum 1 (Den Haag) |
17 |
7 |
Gymnasium Langenberg (Velbert, D) |
17 |
8 |
Gymnasium Celeanum (Zwolle) |
18 |
9 |
Stedelijk Dalton Lyceum (Dordrecht) |
23 |
Bij deze feliciteren we alle teams, want door in de finale te komen hebben ze sowieso al iets gepresteerd wat de meeste andere deelnemers aan de voorronde niet is gelukt!
Ruud Stolwijk, voorzitter Alympiadecommissie
|
Zomerverkoop Wereldwiskunde Fonds
De aprilveiling heeft het mooie bedrag van € 3788,81 opgeleverd.
Veel dank aan alle bieders.
Deze zomer verkopen we zoals altijd weer boeken voor vaste lage prijzen.
De zomerverkoop duurt tot 30 september.
Dit jaar zijn extra veel boeken in de verkoop, onder andere heel veel Schaum-dictaten, studieboeken met veel uitgewerkte opgaven.
We verkopen niet alleen boeken, ook apparaten, waaronder enkele exemplaren van de grafische rekenmachine TI-Nspire (oud model) en twee klassensets met elk 15 exemplaren van de grafische rekenmachine TI-73 in een mooi kistje.
En we hebben 18 exemplaren van het nieuwe, ongelezen boek Lie-groepen, fysica en meetkunde (2017) van Robert Gilmore.
Er zullen de komende maanden nog meer boeken worden aangeboden.
Een goede reden dus om de komende tijd regelmatig een kijkje te nemen op onze veilingsite.
Projecten gezocht
Dankzij de vrijwillige bijdragen van de leden van de NVvW en de opbrengsten van onze boekenveilingen hebben we ruimte voor het steunen van nieuwe projecten.
Als u bekend bent met een geschikt project in een land in ontwikkeling waarbij het gaat om het versterken van het wiskundeonderwijs, dan horen we dat graag.
Aanvragen van een project kan via een formulier op onze website.
Jos Remijn ( wereldwiskundeboeken@nvvw.nl),
veilingmeester WwF
|
Verschenen
In deze rubriek besteden we aandacht aan nieuwe publicaties en software op het gebied van wiskunde en wiskundeonderwijs.
Uw inzendingen zijn welkom maar de redactie beslist uiteindelijk of en hoe een bijdrage geplaatst wordt.
Modelleren met naalden en een bolletje wol
Auteurs: | Gerd Hautekiet, Luc Van den Broeck |
Uitgeverij: | Epsilon Uitgaven |
Aantal pagina's: | 64 |
ISBN: | 9789050411974 |
Prijs: | € 10,- |
Dit Zebra-boekje heeft als doel wiskunde, en met name het modelleren, te leren ontdekken in een minder klassiek toepassingsgebied. Breiwerk is hiervoor een geschikte context omdat het wiskundig modelleerwerk nadien makkelijk kan worden omgezet in een fysiek productieproces.
We starten met berekeningen van de stekenaantallen op elke toer bij het breien van cilinders en kegels.
Daarna wordt ook het ruimtelijk inzicht op de proef gesteld bij de berekeningen rond gebreide bollen, torussen en flessen van Klein.
In de eindopdracht komen de verschillende ruimtelichamen samen.
Leerlingen kunnen zo de gebruiksvoorwerpen, dieren, siervoorwerpen en zelfs monumenten inpakken met een gebreide jas die precies aansluit.
Buiten de kennis van sinussen en cosinussen is er nauwelijks wiskundebagage nodig.
Onderwerpen die aan bod komen zijn meetkunde en toepassingen van de wiskunde.
De doelgroep bestaat uit bovenbouwleerlingen van havo en vwo, met wiskunde B of D in hun pakket.
|
Vacatures in het onderwijs
Het plaatsen van vacaturemeldingen voor docenten wiskunde en rekenen is
gratis voor niet-particuliere instellingen voor voortgezet en hoger onderwijs.
Voor de voorwaarden: zie www.wiskundebrief.nl.
Vacature in Den Haag
Kunt u abstracte zaken helder uitleggen aan onze leerlingen? Dan zijn wij op zoek naar u!
Lyceum Ypenburg zoekt een enthousiaste docent wiskunde voor 0,6 - 0,8 fte vanaf 1 augustus 2023, met een tweede- of eerstegraads bevoegdheid.
Als u nog studeert voor een eerstegraads bevoegdheid, vragen wij u ook te solliciteren.
Er is uitzicht op een vast dienstverband.
Bekijk voor meer informatie de website van de school.
Uw sollicitatie ontvangen wij graag uiterlijk 21 mei 2023 op vacatures@lyceumypenburg.nl onder vermelding van Vacature docent wiskunde.
|
|
|
Advertenties
Leerlingenwerk gevraagd
Docenten wiskunde opgelet! Wij zijn op zoek naar (oude) handgeschreven proefwerken voor ons MathGPT-systeem, dat automatisch handgeschreven examens controleert.
U kunt ons helpen door handgeschreven uitwerkingen eventueel samen met opgaven en correctiemodel op te sturen. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met
Sjuup Rekko (I.v.m. privacywetgeving worden namen
van leerlingen niet gebruikt).
Van onderbouw t/m bovenbouw, alle handgeschreven uitwerkingen zijn welkom! Wij waarderen uw bijdrage.
|
|
|
Examens voorbereiden met NumWorks
De voorbereidingen voor de centrale examens wiskunde zijn in volle gang.
Op deze pagina hebben wij alle belangrijke info voor u verzameld met een video, instructieblad en zelfs een poster!
We wensen iedereen een hele goede examenperiode toe!
|
|
|
Gratis USB-stick met TI-projectiesoftware
Uw grafische rekenmachine gebruiken op de computer of het digibord. Dat kan met de TI-SmartView™ CE-T Emulatorsoftware voor Texas Instruments rekenmachines!
Om dit makkelijker te maken kunt u als leerkracht een gratis USB-stick aanvragen. Handig als u van klas naar klas gaat. U steekt de USB-stick in de laptop of computer en uw rekenmachine komt direct op het scherm. Installatie is niet nodig. Ideaal om berekeningen te laten zien en zo leerlingen bij de les te betrekken!
Vraag de USB-stick hier aan:
|
|
|
Boom geeft je de ruimte
Op woensdagmiddag 4 oktober 2023 organiseren we het evenement Boom geeft je de ruimte.
Locatie: Space Expo in Noordwijk, hét ruimtevaartmuseum van Nederland.
Naast inspirerende sprekers en sessies maakt u kennis met het team en auteurs van KERN Wiskunde en met docenten die al werken met de methode.
Een rondleiding door Space Expo kan natuurlijk niet ontbreken!
Meer informatie over het programma volgt.
Noteer alvast in uw agenda: woensdagmiddag 4 oktober, Space Expo Noordwijk.
|
|
|
|
|