nummer 946, 10 maart 2024

Dit nummer wordt ge­stuurd naar onge­veer 4600 adres­sen.

De Wiskun­dE-brief is een digita­le nieuws­brief, gericht op wiskun­dedocen­ten in het voortge­zet onder­wijs, met als doel om een snelle onder­lin­ge uitwis­se­ling van informa­tie en menin­gen moge­lijk te maken. De brief ver­schijnt buiten de school­vakan­ties min­stens één keer per twee weken. Het abonne­ment is gratis.
Uw bijdra­gen aan de Wiskun­dE-brief zijn welkom op het e-maila­dres van de redac­tie. Op de website van de Wiskun­dE-brief kunt u zich abonne­ren, vindt u alle voor­waar­den en adver­tentie­tarie­ven en kunt u oude nummers nalezen.
Artikelen en bijdragen
Vacatures in het onderwijs
Advertenties

 

Zorgen over rekenniveau in de onderbouw

 
Kort na het uitko­men van de vorige WiskundE-brief publi­ceer­de de onder­wijsin­spec­tie een veelbe­spro­ken rapport over het niveau van de leerlin­gen eind klas 2 bij rekenen en wiskun­de. Een grote meerder­heid (72%) van de leerlin­gen van vmbo basis en kader zit aan het eind van de basis­school niet op het niveau dat van (bijna) alle leerlin­gen wordt ver­wacht. Met name deze uit­komst hakte erin. Velen zagen in de resulta­ten een bevesti­ging van het gevoel dat het rekenon­der­wijs in Neder­land steeds verder af­glijdt.
Pogin­gen om de resulta­ten wat meer in een kader te zetten worden soms opgevat als een poging weg te kijken van de proble­men. Toch is het goed bestude­ren van het hoofd­rap­port en de twee techni­sche rappor­ten, alsmede het bekij­ken van de relatie met eerdere onder­zoe­ken, mijns inziens de enige manier om het onder­zoek echt recht te doen.
Wat werd er ge­toetst?
De vragen waren ver­deeld over domei­nen rekenen, verhou­din­gen, meten & maten en verban­den. Verder waren er ook vragen over pro­bleemop­los­sen. Afgaand op de gepre­senteer­de voor­beeldop­ga­ven gaat het om veel rekenen (en lezen en kijken) binnen contex­ten, een beetje 'prakti­sche' meetkun­de en ook een paar kale reken­som­men. Onge­veer 60% van de opgaven moest zonder rekenma­chi­ne gemaakt worden. Op deze opgaven werd aanzien­lijk beter ge­scoord dan bij de opgaven waarbij wel een rekenma­chi­ne ge­bruikt mocht worden. Bij de leerlin­gen vmbo basis/kader was het ver­schil erg groot, op havo/vwo veel minder.
 
Bijna 90% van de opgaven hadden een context, die soms veel aan­dacht vroeg van de leerlin­gen. Hier­naast ziet u de kern van de informa­tie bij een als vrij eenvou­dig gewaar­deer­de opgave (onder­kant 1F) uit het domein getal­len1). Opgaven met context werden aanzien­lijk slech­ter gemaakt dan 'kale' opgaven.
Hoe werd er ge­toetst?
De leerlin­gen kregen een papie­ren vragen­boekje met (door­gaans) 44 opgaven. Er zijn 12 ver­schil­len­de toets­boek­jes gemaakt, toege­sne­den op het verwach­te niveau van de leerlin­gen. De leerlin­gen van vmbo-basis kregen eenvou­di­ger opgaven dan die op het vwo. Het verge­lij­ken van de uitkom­sten van de diverse versies was nog wel een dinge­tje waar­over uitge­breid is gerap­por­teerd in de techni­sche rappor­ten. Ook het koppe­len van scores aan de referen­tieni­veaus was niet zo eenvou­dig. In de oor­spronke­lij­ke opzet van de referen­tieni­veaus was duide­lijk sprake van twee takken de F(undamen­te­le) niveaus 1F, 2F etcete­ra, en de S(treef) niveaus 1S, 2S etcete­ra. Voor dit onder­zoek zijn de referen­tieni­veaus terugge­bracht tot een ordina­le reeks: 1F-2F-1S-3F, en die zijn weer gekop­peld aan een inter­val­schaal van de behaal­de scores.
Aan het eind van het primair onder­wijs2) worden leerlin­gen geacht in grote meerder­heid tenmin­ste op niveau 1F te scoren. Als ze naar havo of vwo gaan zouden ze op 1S moeten scoren. Aan het einde van het vmbo wordt 2F ver­langd en eind havo/vwo 3F. Gehoopt werd dat leerlin­gen eind klas 2 op havo/vwo min­stens 2F zouden scoren en op het vmbo zo tussen 1F en 2F.
Resulta­ten
De uit­komst viel nogal tegen. Van de vmbo-leerlin­gen van de leerwe­gen basis en kader (vmbo b/k) haalde 72% zelfs geen 1F, en slechts 2% 2F. Bij leerlin­gen van de theore­ti­sche en gemeng­de leerweg (vmbo g/t) waren de cijfers iets gunsti­ger. Daar zat 24 % onder 1F, en 20% op 2F of hoger. Op havo/vwo scoorde slechts een enke­ling (1%) onder 1F. De grote meerder­heid (83%) scoort 2F of hoger, maar ook dat was minder dan ver­wacht. Als een van de mogelij­ke oorza­ken van de tegen­vallen­de resulta­ten wordt (impli­ciet) corona genoemd. De toets werd afgeno­men in het voor­jaar van 2022, toen de invloed van corona op school nog duide­lijk voel­baar was. Daarbij betreft het de lich­ting die tijdens de uit­braak van corona in groep 8 zat en sinds­dien vaak niet opti­maal onder­wijs had genoten3).
Slech­ter dan eind basis­school?
De inspec­tie conclu­deert dat er (te) weinig vooruit­gang is geboekt sinds het einde van het primair onder­wijs. Veel commen­tato­ren vroegen zich af of er geen sprake is van achter­uit­gang. In het rapport zelf wordt aangege­ven dat de resulta­ten globaal overeen­stem­men, omdat bij de eind­toets zo'n 20% onder 1F scoort en bij deze toets circa 25%. Als we echter naar deel­groepen kijken, lijkt er wel dege­lijk een groot ver­schil. De resulta­ten van deze lich­ting op de eind­toets ontbre­ken uiter­aard4). We verge­lij­ken daarom met de lich­ting daarna, die in het voor­jaar van 2021 de eind­toets maakte. Hieron­der ziet u hoe hoe het bereik­te niveau samen­hangt met de advie­zen.
De leerlin­gen met advies vmbo b/k scoor­den voor bijna drie­kwart op of boven niveau 1F. Onge­veer 27 % zat er onder5). Nu is advies vmbo b/k niet het zelfde als het volgen van deze oplei­ding in klas 2, maar de overlap is groot.
Ook bij vmbo g/t is er een groot ver­schil: op de basis­school scoorde maar 4% onder 1F en in klas 2 24%. Bij havo/vwo lijkt het logisch om naar 1S te kijken. Circa 34% haalde dit niet op de basis­school en eind klas 2 (nog maar) 30%. Op havo/vwo lijkt zo gezien sprake van een lichte verbete­ring, op het vmbo lijkt het alleen maar slech­ter te worden. Lijkt, want in hoever­re zijn de resulta­ten van de toetsen aan het eind van het primair onder­wijs verge­lijk­baar met die van eind klas 2 in het voortge­zet onder­wijs?
Verge­lijk­baar?
Vaak wordt naar voren ge­bracht dat bij eind­toet­sen basison­der­wijs er voor de leerlin­gen wat op het spel staat, in tegen­stel­ling tot aller­lei peilin­gen waaraan geen conse­quen­ties zijn verbon­den. De gedach­te is dat (sommige?) leerlin­gen in het laatste geval wat minder hun best doen, en dat dit een verkla­ring is voor mindere scores. In hoever­re deze verkla­ring hout snijdt is lastig te beoorde­len. In de (techni­sche) rappor­ten zijn wat aanwij­zin­gen te vinden - met name het over­slaan van een hele reeks opgaven- dat niet ieder­een even serieus aan het werk was. Het is echter lastig na te gaan hoe groot dit effect is.
Een andere mogelij­ke verkla­ring zou kunnen zijn dat de eisen toch niet gelijk zijn. Con­creet: moge­lijk moest een tweede­klas­ser meer doen om 1F te halen dan in groep 8 van het primair onder­wijs. De situa­tie rond het toetsen van referen­tieni­veaus is behoor­lijk gecom­pli­ceerd. Sinds enige jaren worden er diverse eind­toet­sen in groep 8 afgeno­men en ondanks aller­lei pogin­gen om er voor te zorgen dat de scores verge­lijk­baar zijn, is dat niet goed gelukt. Begin 2022 stuurde de toenma­li­ge minis­ter van ocw een brief aan de Tweede Kamer hier­over (zie WiskundE-brief 904). Bij de toetsen die in klas 2 werden afgeno­men, is de situa­tie ook vrij gecom­pli­ceerd. Er zijn 12 ver­schil­len­de toets­boek­jes samenge­steld, die in moei­lijk­heids­graad behoor­lijk uiteen­lo­pen. Ook de her­komst van de opgaven is divers, sommige waren voor het primair onder­wijs ontwor­pen, anderen juist voor het voortge­zet onder­wijs. Afhanke­lijk van het onder­wijsni­veau kreeg men makke­lij­ker of moeilij­ker opgaven. De onder­zoe­kers hebben uitge­breid gedocu­men­teerd hoe ze gepro­beerd hebben om van al deze ver­schil­len­de toetsen één meetin­stru­ment te maken. In hoever­re dat echt gelukt is blijft, althans voor mij, onduide­lijk. Tegen deze achter­grond is het de vraag hoe betrouw­baar de verge­lij­king eind klas 2 met eind groep 8 is.
Daar komt nog iets bij. De opgaven worden beoor­deeld op niveau. Daarbij worden enkele crite­ria gehan­teerd, zoals het aantal stappen dat moet worden gedaan, en de gebruik­te getal­len. Bij de roem­ruch­te reken­toet­sen vielen de resulta­ten ook vaak tegen. Nadere analyse bracht niet zelden aan het licht dat de proble­men minder op het gebied van rekenen/wiskun­de lagen, maar meer op het gebied van taal, en algeme­ner het efficiënt kunnen verwer­ken van veel informa­tie. In de cogni­tie­ve psycho­lo­gie wordt overma­ti­ge belas­ting van het werkge­heu­gen vaak gezien als een belang­rij­ke hinder­nis bij het leren. Tot nu toe heb ik de indruk dat hier­voor bij de makers van lande­lij­ke reken­toet­sen niet zoveel belang­stel­ling was. Moge­lijk stellen de toetsen eind tweede klas wat meer eisen op het gebied van lees­vaardig­heid en informa­tiever­wer­king dan die aan het eind van het primair onder­wijs.
Rekenen verwaar­loosd in de onder­bouw?
Geluk­kig zijn er goed verge­lijkba­re gege­vens voor de onder­bouw van het voortge­zet onder­wijs, afkom­stig uit het leer­ling­volgsys­teem (lvs) van Cito. Dit systeem wordt welis­waar slechts door een minder­heid van de scholen ge­bruikt, maar de groep leerlin­gen die wordt gevolgd lijkt rede­lijk repre­senta­tief voor alle scholen6). Met de resulta­ten van de toetsen in dit lvs kunnen we zien hoe de reken­vaardig­heid zich ontwik­kelt. We volgen het cohort leerlin­gen dat in 2020 in­stroom­de, en dus (groten­deels) in het voor­jaar van 2022 in het tweede leer­jaar van het vo zat.
Als we kijken naar de groep leerlin­gen op vmbo k/b zien we dat in het najaar van 2020, als ze een paar weken op het voortge­zet onder­wijs zitten, volgens deze meting slechts 35% op niveau 1F of hoger zit. Eind tweede klas (voor­jaar 2022) is dat meer dan 50% en eind derde klas (voor­jaar 2023) bijna 60%. Bij de andere onder­wijsni­veaus kijken we naar het percen­ta­ge leerlin­gen dat 2F of hoger scoort volgens deze meting. Ook hier zien we een duide­lij­ke vooruit­gang. Het meest hoopge­vend is mis­schien de ontwik­ke­ling op de havo, van 41% aan het begin, naar 82% eind onder­bouw.
Kijkend naar deze cijfers zou u kunnen conclu­de­ren dat het rekenni­veau wel dege­lijk behoor­lijk toe­neemt in de onder­bouw van het vo. Dat wil niet zeggen dat er veel reden is voor tevre­den­heid, laat staan om achter­over leunen. Zoals u in WiskundE-brief 941 heeft kunnen lezen, zijn juist in klas 3 de scores voor rekenen/wiskun­de behoor­lijk lager dan vóór corona. Ook de ontwik­kelin­gen bij de PISA-metin­gen, die voorna­me­lijk leerlin­gen uit klas 3 en 4 betref­fen, vragen om actie. Maar het beeld dat het rekenni­veau van leerlin­gen als ze naar het voortge­zet onder­wijs gaan nauwe­lijks verbe­tert, of zelfs ver­slech­tert, moet mijns inziens worden bijge­steld.
gk
--------------
noten:
1) De opgave luidde: "Janet heeft 26 zegels. Ze neemt een badhand­doek en een hand­doek. Voor de rest van de zegels neemt ze washand­jes. Hoeveel moet zij in totaal bijbeta­len?".
2) Primair onder­wijs. Het primair onder­wijs omvat naast het basison­der­wijs (bao) ook het speci­aal basison­der­wijs.
3) In het rapport zelf wordt vooral aan­dacht besteed aan de indruk van docen­ten en anderen dat de leerlin­gen minder gecon­cen­treerd en gemoti­veerd waren dan normaal.
4) Het gaat in grote lijnen om de leerlin­gen die in het voor­jaar van 2000 in groep 8 van de basis­school zaten. In dat jaar verviel de eind­toets.
5) Eigen bereke­ning op basis van Peil.Taal en rekenen einde basison­der­wijs en speci­aal (basis)onder­wijs 2021-2022
6) Zie WiskundE-brief 898

 

Mooi dat we de Staatsexamens hebben!*)

 
De WiskundE-brief nummer 945 begint met: “Voor veel van ons toch een blinde vlek, het staats­exa­men”. Als voor velen de staats­exa­mens een blinde vlek zou zijn, dan is het hoog tijd om ook vanuit de Wiskun­dE-brief hieraan aan­dacht te beste­den. Want, wat is het toch mooi dat we in Neder­land de Staats­exa­mens hebben!
Wie doen in Neder­land Staats­exa­men?
  • Aller­eerst leerlin­gen van de meeste VSO-scholen. Wie zijn deze leerlin­gen en waarom zitten ze op een VSO-school? Het ant­woord is heel divers, maar duide­lijk is dat deze leerlin­gen speci­aal onder­wijs nodig hebben.
  • Daar­naast kennen we de groep kandida­ten die in het regu­lier onder­wijs zijn vastge­lo­pen of ooit een ver­keerd vakken­pak­ket hebben gekozen en kandida­ten die een vak nodig hebben om door te kunnen groeien in een bepaal­de functie. Via de Staats­exa­mens hopen zij alsnog certifi­ca­ten of diploma’s te mogen ontvan­gen. Deze groep maakt vaak gebruik van online cursus­sen, waarbij een docent ergens op de achter­grond ope­reert. Een deel werkt ook hele­maal op eigen kracht.
  • Verder hebben we nog kandida­ten die examens doen in bijzon­de­re omstan­dighe­den, denk hierbij aan gevange­nis­sen en zieken­hui­zen.
  • Ook zijn er in Neder­land "thuis­kandida­ten", kandida­ten die fysiek of geeste­lijk niet in staat zijn ergens anders examen te doen, dan thuis.
Opge­merkt moet worden dat de staats­exa­mens drempel­loos zijn en een alterna­tief zijn voor ieder­een die geen toegang heeft tot het regulie­re onder­wijs. Het diploma heeft dezelf­de waarde. De kop van het artikel zou heel anders en positie­ver kunnen luiden: "Wat is het mooi dat we in Neder­land Staats­exa­mens hebben" of "Een wiskun­dedo­cent is onmis­baar bij de voorbe­rei­ding van een examen wiskun­de".
Ver­schil­len in resulta­ten
Jammer dat er bij de cijfers geen bronver­mel­ding staat. Mis­schien dat dit de volgen­de keer wel kan gebeu­ren. De staats­examen­moni­tor geeft name­lijk andere cijfers, dan die zijn gepubli­ceerd. De ver­schil­len in cijfers met de regulie­re examens zitten niet zozeer in het VSO, maar meer bij de andere genoem­de groepen.
Uitgaan­de van de cijfers zoals die in de Wiskun­dE-brief staan, zien we dat het ver­schil tussen regu­lier examen en staats­exa­men het grootst is op het VWO. Dit geeft duide­lijk aan hoe belang­rijk de wiskun­de docent is. Hoe moeilij­ker de stof is, des te groter wordt de nood­zaak van een duide­lij­ke uitleg. Beper­kend tot het VWO en alle wiskun­de soorten op één hoop gooiend zien we bij het CE wiskun­de een ver­schil van 1,66 punt tussen regu­lier examen en staats­exa­men. Zoals bij alle vakken, betreft het voor ieder­een hetzelf­de examen, waarbij de meeste VSO kandida­ten extra tijd krijgen.
Voorts maken de kandida­ten op een VSO-school dit examen veelal op de eigen locatie. Het enige ver­schil is dat niet de eigen docen­ten surveil­le­ren bij de examens, maar surveil­lan­ten aangele­verd door DUO. Overi­gens huren regulie­re scholen ook steeds vaker externe surveil­lan­ten in. Daar kan het ver­schil dus niet aan liggen. Boven­dien zijn de ver­schil­len in resulta­ten tussen VSO en staats­exa­mens maar klein.
Verder kennen we in het land zes loca­ties waar het CE wordt afgeno­men voor die kandida­ten die niet op een VSO of in bijzon­de­re omstan­dighe­den examen doen. Kijken we verder naar het ver­schil tussen het school­examen­cij­fer (regu­lier) en het college-examen (monde­ling) dan valt op dat dit ver­schil 1,84 punt is. Dus geheel in de lijn van het ver­schil tussen CE regu­lier en CE via staats­exa­men. De vraag is of het college-examen en het school­exa­men wel verge­lijk­baar zijn. Op het school­exa­men worden onderde­len afgeslo­ten die niet op het CE be­vraagd worden. Het college-examen bevat de gehele stof. Het is appels met peren verge­lij­ken. Indien kandida­ten niet de moge­lijk­heid hebben om een school­examen­cij­fer op te bouwen, dan heeft hebben ze geen keus. Ze moeten dan wel het college-examen doen.
Posi­tief in de schijn­wer­per
Het monde­ling wordt in de WiskundEbrief een slach­ting genoemd. Dit doet geen recht aan de prak­tijk en is kwet­send voor de examina­to­ren. Examina­to­ren houden op respect­vol­le manier reke­ning met de kwetsba­re doel­groep. Er wordt echter wel bekeken of de kwali­teit van het monde­lin­ge college-examen op niveau is. Een meerder­heid van de kandida­ten behaalt hier overi­gens een voldoen­de. We mogen in Neder­land blij zijn dat we het insti­tuut "Staats­exa­mens" hebben. Veel kwetsba­ren in onze samenle­ving, spijtop­tan­ten en laat­bloei­ers krijgen op deze manier de moge­lijk­heid om certifi­ca­ten of zelfs een diploma te ontvan­gen. Daarbij komt dat deze groep veelal niet een steun in de rug kent van gekwali­ficeer­de docen­ten/begelei­ders. De Staats­exa­mens verdie­nen het juist om posi­tief in de schijn­wer­per te staan.
Wim Kuijk,
Alge­meen vakvoor­zit­ter staats­exa­mens wiskun­de havo/vwo
-----------------------------------
*) Op het artikel Wat is er aan de hand met de staats­exa­mens wiskun­de (WiskundE-brief 945) kregen we een uitge­brei­de reactie van de alge­meen vakvoor­zit­ter staats­exa­mens wiskun­de havo/vwo. Die hebben we inte­graal opgeno­men.
Nog een enkele opmer­king: De cijfers in het artikel in de vorige WiskundE-brief zijn afkom­stig van de staats­examen­moni­tor voortge­zet onder­wijs 2023, tabel 11. Ik heb de cijfers van het Voortge­zet Onder­wijs (VO) van de laatste drie jaar gemid­deld. De cijfers voor de leerlin­gen van het Voortge­zet Speci­aal onder­wijs (VSO) zijn wat hoger. Hieron­der een verge­lij­king voor de vwo examens wiskun­de.
Hope­lijk ten over­vloe­de: ik heb veel bewonde­ring voor de kandida­ten en de examina­to­ren van de staats­exa­mens. Dat neemt niet weg dat ik nogal schrok van de cijfers.
gk

 

Het effect van streng nakijken

 
Het nakij­ken van wiskun­detoet­sen volgens een gedeeld correc­tievoor­stel is al snel subjec­tief, doordat het vaak onmoge­lijk is elk type ant­woord in het correc­tievoor­schrift te vangen. In WiskundE-brief 937 stelde ik al vragen bij de objecti­vi­teit van het nakij­ken van prakti­sche opdrach­ten en in WiskundE-brief 933 bedis­cussi­eer­den we wanneer iets een afrond­fout is. Een logi­sche vervolg­vraag is dan: kunnen we als docent beter hoge of lage eisen aan leerlin­gen stellen tijdens het nakij­ken van toetsen?
Hoewel hier weinig onder­zoek naar is, ver­scheen onlangs het artikel 'The effect of teacher grading stan­dards on student out­comes'1), dat u hier kunt downloa­den. De auteurs noemen terecht dat economi­sche theorie­ën ver­schil­len­de voor­spellin­gen doen over de vraag hoe leerlin­gen reage­ren op hoge stan­daar­den bij het nakij­ken. Immers, leerlin­gen kunnen afhaken of juist hun inzet verho­gen.
Hogere stan­daar­den geven betere scores?
Uit het empiri­sche onder­zoek blijkt dat leerlin­gen van veelei­sen­de docen­ten op gestan­daardi­seer­de toetsen beter scoren dan leerlin­gen met verge­lijkba­re cijfers met een docent die milder nakijkt. Dit lijkt heel vanzelf­spre­kend doordat de eerste groep onder een gelijke behande­ling al eerder hoger ge­scoord zou hebben, maar dit blijkt ook zo te zijn voor leerlin­gen die in voor­gaan­de jaren gelijk scoor­den. In het onder­zoek wordt een dege­lijk wiskun­dig model gepre­sen­teerd, waarbij de auteurs ook contro­le­ren of andere karakte­ristie­ken van invloed zijn, zoals het ge­slacht van de docent of leer­ling. Het model toont inder­daad correla­ties aan die hierbo­ven zijn beschre­ven, maar de gecon­cludeer­de causali­teit is niet uit zo'n wiskun­dig model op te maken. Dat geeft span­ning bij de resulta­ten.
Verdere inzich­ten
Uit het onder­zoek blijkt ook dat het signifi­can­te effect van de effecti­vi­teit van de docent om de leer­ling wiskun­de bij te brengen, voor zo'n 50% bepaald wordt door de hoge stan­daar­den bij het nakij­ken. Uit onder­zoek is bekend dat het goed is voor leerlin­gen om een hoge verwach­ting van ze te hebben. De manier waarop we als docen­ten de toetsen nakij­ken, is daar dus een belang­rijk onder­deel van. De feed­back die docen­ten met hoge maatsta­ven terugge­ven, kan ook een verkla­ren­de factor zijn van de positie­ve bijdra­ge aan het cijfer. Het is ook gerust­stel­lend dat de veelei­send­heid bij het nakij­ken niet leidt tot hogere absen­tieper­cen­tages, dus leerlin­gen haken niet af. Sterker nog, leerlin­gen blijken zelfs iets vaker naar de lessen te komen bij docen­ten die stren­ger nakij­ken. Hiervan werd in het rapport echter niet zo duide­lijk of er ook kruisbe­stui­ving met andere invloed­rij­ke facto­ren onder­zocht is.
Dit weten­schappe­lijk onder­zoek moedigt ons dus aan om met hoge stan­daar­den na te kijken. Natuur­lijk heeft dit grenzen en moet de lat voor leerlin­gen wel haal­baar blijven. Toch kan dit volgens het onder­zoek een mooi effect hebben op wiskun­deresul­ta­ten en de netheid van notatie bij leerlin­gen, al blijft het ver­schil tussen correla­tie en causali­teit hier span­nend. Wanneer we als docen­ten met preci­sie lesge­ven en nakij­ken, raken leerlin­gen hier ook meer gefo­cust op de details.
mw
--------------------
1) Gershen­son, S., Holt, S. B., & Tyner, A. (2022). Making the grade: The effect of teacher grading stan­dards on student out­comes. Contem­pora­ry Econo­mic Policy.

 

Antonio Gaudì Architect, kunstenaar, wiskundige?

 
In het kader van pi-dag, organi­seert Lyceum Sancta Maria jaar­lijks een lezing waarin fascine­ren­de kanten van de wiskun­de aan bod komen, op een toegan­kelij­ke manier. Dit jaar gaat de lezing over de werken en ideeën van Antonio Gaudì.
De lezing wordt gegeven door archi­tectuur­histori­cus Suzanne Roelofs (buil­dingsto­ries.nl) in samen­wer­king met de sectie wiskun­de. Suzanne zal vertel­len over de achter­grond van bekende ontwer­pen van Gaudì en de plaats hiervan binnen het Cata­laans Moder­nis­me. De sectie zal aanha­ken met het fysiek en digi­taal modelle­ren van Catalan sur­faces, ketting­lij­nen en kegel­sne­des die nauw verbon­den zijn met de con­struc­tie van Gaudì’s bouwwer­ken.
Prakti­sche informa­tie
datum: 14 maart 2024
tijd: 19:30 tot 21:30 uur
plaats: Lyceum Sancta Maria, Van Limburg Stirum­straat 4, 2012MN Haarlem
aanmel­den: via deze link
kosten: geen (maar aanmel­ding is ver­plicht)

 

Masterclass Building Thinking Classroom (voor docenten)

Op dinsdag 16 april 2024 organi­seert de Radboud Univer­si­ty Nijme­gen en het PUC of Science een nascho­ling Buil­ding Thin­king Class­rooms voor wiskun­dedocen­ten.
Buil­ding Thin­king Class­rooms heeft tot doel om zo veel moge­lijk leerlin­gen een zo groot moge­lijk deel van uw lessen te laten naden­ken over wiskun­de. Hiermee wordt zo groot moge­lijk leerren­de­ment beoogd. De manier van werken volgens BTC maakt het leren van uw leerlin­gen meteen goed zicht­baar en daarmee is BTC een krach­tig middel om forma­tief hande­len te verster­ken. Maarten Müller neemt ons mee in deze active­ren­de werk­vorm en biedt handvat­ten die meteen in uw eigen klas toepas­baar zijn.
Meer informa­tie over deze master­class vindt u hier. Via deze link kunt u zich ook aanmel­den. Kijk bijvoor­beeld hier voor meer informa­tie over Buil­ding Thin­king Class­rooms.
Vragen kunnen gesteld worden aan Tim van Lier (tim.vanlier@ru.nl)

 

Uitnodiging: Leve de wiskunde!

 
Leve de wiskun­de! is een confe­ren­tie voor wiskun­dedocen­ten en leerlin­gen in 5 en 6 vwo.
Op vrijdag 19 april organi­se­ren het wiskun­de-insti­tuut van de Univer­si­teit van Amster­dam en VO-HO netwerk Bèta­part­ners de confe­ren­tie ‘Leve de wiskun­de!’ op het Amster­dam Science Park. Tijdens deze dag krijgen havo- en vwo-docen­ten boeien­de contex­ten voor in de les aange­reikt, kunnen zij collega's ontmoe­ten en zijn ze aan het eind weer up-to-date binnen hun vakge­bied. Leerlin­gen (5 en 6 vwo) maken kennis met het Amster­dam Science Park, volgen lezin­gen in college­za­len en ontmoe­ten weten­schap­pers.
De confe­ren­tie is gratis en de in­schrij­ving is al geopend.
Marion Vetter, UvA

 

Nieuwe wiskundeprogramma's vmbo

 
Eind 2022 heeft SLO in op­dracht van het ministe­rie van OCW een zestal concept­examen­program­ma’s opgele­verd: wiskun­de 1 en wiskun­de 1,2 voor vmbo-basis, vmbo-kader en vmbo-gemengd/theore­tisch. Wiskun­de 1,2 is ontwik­keld voor alle leerlin­gen die in de huidige situa­tie examen afleg­gen in het vak wiskun­de en wiskun­de 1 voor alle leerlin­gen die wiskun­de niet in hun examen­pak­ket hebben. Hieron­der kunt u lezen wat de plannen voor de nabije toe­komst zijn.
In septem­ber 2023 is een sylla­buscom­mis­sie in op­dracht van het CvTE gestart om voor de concept­examen­program­ma’s een concept­sylla­bus te ontwik­ke­len. Die voor wiskun­de 1,2 zal dit voor­jaar worden opgele­verd, na een veld­raadple­ging onder leraren, en die voor wiskun­de 1 volgt deze zomer.
Wiskun­de 1,2
Intus­sen is men hard bezig met de voorbe­reidin­gen van het uitpro­be­ren ('beproe­ven') van de program­ma's in de prak­tijk. Voor wiskun­de 1,2 zijn de plannen beschei­den. De opzet en inhoud van de voorge­stel­de concept­examen­program­ma’s voor wiskun­de 1,2 zijn min of meer in lijn met de huidige program­ma’s. Aan de positie van dit vak in bijbeho­ren­de profie­len veran­dert er niets. Het beproe­ven van de nieuwe onderde­len in de concept­examen­program­ma’s zal zonder al te veel conse­quen­ties voor scholen uitvoer­baar zijn, omdat er inhoude­lijk niet heel veel veran­dert. Het beproe­ven vindt, op beschei­den schaal, plaats in het komende school­jaar (2024/25). Op een beperkt aantal scholen zullen leerlin­gen en leraren enkele nieuwe program­maonder­de­len uitpro­be­ren binnen het huidige examen­vak. De betref­fen­de onderde­len kunnen binnen het PTA worden afgeslo­ten. Dit voor­jaar worden onge­veer tien scholen gewor­ven voor deelna­me.
Wiskun­de 1
De positie van het concept­examen­program­ma wiskun­de 1 vmbo is ingewik­kel­der dan wiskun­de 1,2. Het ver­vangt niet een be­staand vak en neemt dus in poten­tie een nieuwe plek in het stelsel in, met conse­quen­ties voor bijvoor­beeld de inrich­ting van profie­len, vakken­pakket­ten, onder­wijs­tijd en de uitslag­bepa­ling. Dit bete­kent dat er niet alleen scholen moeten worden gewor­ven, maar er ook met scholen moet worden nage­dacht hoe zij dit vak in hun eigen lessen­ta­bel opnemen en waar zij het resul­taat van leerlin­gen mogen plaat­sen op de cijfer­lijst. Het beproe­ven van wiskun­de vmbo 1 is dus com­plexer en daarom wordt voor wiskun­de 1 meer tijd uitge­trok­ken. De plan­ning is als volgt:
  • 2024/25 vooron­der­zoek
  • 2025/26 eerste pilot­jaar
  • 2026/27 tweede pilot­jaar
Werving en selec­tie van zo’n tien scholen, die zowel aan het vooron­der­zoek als aan de pilot meedoen, zal in septem­ber aan­staan­de plaats­vin­den.
---------------------
bron: Examen­blad

 

Toegepaste Wiskunde, is dat ook een opleiding?

 
Heeft u weleens gehoord van de oplei­ding Toege­pas­te Wiskun­de? Voor veel mensen zal deze naam onbe­kend in de oren klinken, maar toch is het een hbo-oplei­ding die in toene­men­de mate van belang blijkt bij het aanpak­ken van tal van prakti­sche vraag­stuk­ken.
Bent u be­nieuwd waar­voor deze oplei­ding opleidt, voor welke toepas­sin­gen en met welke wiskun­de? Op donder­dag 28 maart 2024 organi­seert de werk­groep mbo-hbo van de NVvW een online thema­bijeen­komst, waarin u de oplei­ding Toege­pas­te Wiskun­de nader leert kennen.
Door de sterke opkomst van Data Science wordt de rol van afgestu­deer­den van Toege­pas­te wiskun­de steeds belang­rij­ker. Hierop wordt inge­gaan door Klaas-Jan Wierin­ga, oplei­dings­coördi­na­tor aan NHL Stenden Hoge­school in Leeuwar­den, één van de vijf hoge­scho­len die de oplei­ding aan­biedt. Ook komt aan de orde waar afgestu­deer­den werken, welke studen­ten voor de oplei­ding kiezen, etcete­ra. De bijeen­komst is bestemd voor docen­ten in het hbo, mbo en vo.
De bijeen­komst duurt van 20:00 uur tot 21:00 uur. U kunt zich aanmel­den door te mailen naar christi­aan.boudri@han.nl, zodat we u uiter­lijk 27 maart de link voor de online bijeen­komst kunnen toestu­ren.
Christi­aan Boudri

 

Nederlands Mathematisch Congres 2024

 
Op 2 en 3 april wordt het Neder­lands Mathema­tisch Congres (NMC 2024) georga­ni­seerd in De Werelt in Lunte­ren. NMC 2024 heeft een gevari­eerd program­ma, met enige onderde­len die interes­sant zijn voor wiskun­delera­ren in het voortge­zet onder­wijs.
Zoals gemeld in WiskundE-brief 944 vindt op woens­dagmid­dag 3 april de uitrei­king plaats van de Pythago­ras profiel­werk­stuk­prij­zen. Nadat de laurea­ten een korte voor­dracht hebben gehou­den over hun onder­zoek, bepaalt het publiek (mede) de verde­ling van de drie prijzen.
Voor meer informa­tie en regi­stra­tie, dat kan ook voor één dag, kunt u terecht op mathema­tisch­con­gres.nl/. U kunt zich tot en met zondag 17 maart opgeven.

 

Niet vergeten

Tijd­stip Evene­ment (Volg de link voor details) Organi­sa­tie
12 maart 2024 Avond van de Abel­prijs. KNAW
13 maart 2024 Confe­ren­tie rekenen po-vo. NVvW, NVORWO en SLO
14 maart 2024 π-dag op TU Delft. onder­wijsnet­werk Zuid-Holland.
14 maart 2024 Lezing over Gaudi. Lyceum Sancta Maria, Haarlem
14 maart 2024 Geschie­de­nis van de wiskun­de deel II. werk­groep mbo-hbo van de NVvW
15 maart 2024 Inspira­tiemid­dag wiskun­de. Eindho­ven School of Educati­on (TU/e)
15 maart 2024 FLOS wiskun­desympo­si­um 2024. Fontys
21 maart 2024 Beta­part­nerscon­feren­tie. Beta­part­ners
21 maart 2024 Kangoe­roewed­strijd. W4Kan­goeroe­wed­strijd
27 maart 2024 Confe­ren­tie basis­vaardig­he­den rekenen/wiskun­de. NVvW
28 maart 2024 Online bijeen­komst toege­pas­te wiskun­de. werk­groep mbo/hbo NVvW
2 en 3 april 2024 Neder­lands Mathema­tisch Congres 2024. Plat­form Wiskun­de Neder­land
5 en 6 april 2024 Nationa­le Wiskun­de Dagen (NWD). Freuden­thal Insti­tuut
12 april 2024 Confe­ren­tie duur­zaam­heidsdi­dac­tiek. Hoge­school Utrecht en Univer­si­teit Utrecht
16 april 2024 Buil ding Thin king Class rooms. Radboud Univer si ty Nijme gen
19 april 2024 Leve de wiskun­de ! Univer si teit van Amster dam
16 mei 2024 Klank­bordbij­een­komst hbo. Christi­aan Boudri

Vacatu­res in het onder­wijs

In deze rubriek staan vacatu­res die we rele­vant achten voor wiskun­delera­ren. Voor de voor­waar­den: zie www.wiskun­de­brief.nl.


 

Vacatures bij het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde

 
Het Experti­se­punt Rekenen-Wiskun­de is op zoek naar drie betrok­ken en enthou­sias­te onder­zoe­kers met een hart voor onder­wijs (2 PhD’ers en 1 postdoc).
We hebben momen­teel vacatu­res voor onder­zoek naar vernieu­win­gen binnen het reken-wiskun­deonder­wijs in het basison­der­wijs, het vmbo of het mbo.
Voor meer informa­­tie kunt u terecht op de vacatu­­repagi­­na’s:

Adver­ten­ties

Voor voor­waar­den en tarie­ven: zie www.wiskun­de­brief.nl.


 

WisAdapt: De nieuwe wiskundemethode voor VWO

WisA­dapt is de nieuwe blended wiskun­de methode voor de onder­bouw van het VWO. De digita­le omge­ving is adap­tief en geeft leerlin­gen directe feed­back, zodat zij zich de stof snel eigen maken. In het boek kunnen de leerlin­gen alle theorie nog eens rustig nalezen en zijn ook de gemeng­de opgaven te vinden. De digita­le omge­ving geeft de docent daar­naast zeer veel inzicht in de kwalita­tie­ve en kwanti­tatie­ve voort­gang van de leerlin­gen.
Meer­waar­de WisA­dapt:
  • Adap­tief
  • Directe feed­back
  • Als leer­ling eenvou­dig inzicht in eigen voort­gang en niveau
  • Als docent eenvou­dig inzicht in de voort­gang van de leerlin­gen
  • Theorie in een boek
  • Digi­taal toetsen afnemen
  • Belo­nings­sys­teem voor de leerlin­gen
Geïnte­res­seerd? Kijk op www.wisa­dapt.nl of vraag een demoac­count aan door te mailen naar info@WisA­dapt.nl.

 

Lancering nieuw platform bettermarks in schooljaar 24/25!

Volgend school­jaar introdu­ceert better­marks een nieuw plat­form voor onze vmbo wiskun­demetho­de, met een geheel nieuwe opzet en innove­ren­de functio­nalitei­ten!
In het kader van deze lance­ring bieden wij alle scholen in Neder­land de moge­lijk­heid om onze nieuwe methode een jaar lang koste­loos in te zetten. Meer nieuws volgt de komende weken en maanden.
Geïnte­res­seerd in het nieuwe plat­form en de moge­lijkhe­den? Vul uw contact­gege­vens hier in en wordt als eerste op de hoogte ge­bracht van alle ontwik­kelin­gen.

 

Voorbereidingsmateriaal voor wiskunde A havo

Nu kunnen ook havo-leerlin­gen zich voorbe­rei­den op het wiskun­de A eindexa­men met BES Examen­hulp.
Het wiskun­de A theorie­boek van BES Examen­hulp biedt:
  • Over­zicht van de eindexa­men­stof
  • Heldere uitleg
  • Toepas­sing van de theorie middels voor­beeldop­ga­ven
  • Tref­woorden­regis­ter, zodat leerlin­gen gemakke­lijk onderde­len kunnen vinden
We bieden even­eens een voorbe­rei­dings­pak­ket voor wiskun­de A vwo aan.
Mail ons op info@besexa­men­hulp.nl en ontvang gratis inkijk­exempla­ren!
David en Jelmer - BES Examen­hulp
 

 

Aansluiting basisschool - middelbare school

Een betere aanslui­ting Basis­school en Voortge­zet onder­wijs! De handboe­ken "van Rekenen naar Wiskun­de" bevat­ten waarde­vol­le tips.
Hier staat meer informa­tie.

 

KERN Wiskunde op de NWD

Gratis bij onze NWD-stand: KERN Wiskun­de 4 havo wiskun­de A deel 1
Zien we u op de Nationa­le Wiskun­de Dagen (NWD) op vrijdag 5 en zater­dag 6 april?
Kom langs bij onze stand en bekijk het eerste tweede fase-boek havo van KERN Wiskun­de!
Tijdens de NWD kunt u een gratis beoorde­lings­exem­plaar bestel­len.
 

 

Kortingsactie TI-84 Plus CE-T Python Edition

Zet u de TI-84 Plus CE-T Python Edition op de lijst voor de boven­bouw voor het komende jaar? Dat is extra gunstig want leerlin­gen kunnen deze grafi­sche rekenma­chi­ne met € 10 korting kopen!
De actie loopt van 1 maart t/m 30 septem­ber. Zo kan ieder­een rekenen op goede techno­lo­gie voor in de klas en bij het examen.
Naast deze actie kunt u ook een groeps­aan­koop doen, wat nog meer korting ople­vert. Dat is snel gedaan, bekijk hier­voor onze webpagi­na!
 

 

Ligt de NumWorks in uw bureaula?

 
Ligt de Num­Works al een tijd in uw bureau­la en heeft u nog niet de tijd gehad en/of genomen om deze te ontdek­ken? Maar bent u wel be­nieuwd naar de Num­Works? Als het ant­woord op beide vragen bevesti­gend is, dan komen wij graag eens bij u op school langs!
Tijdens onze presen­ta­ties laten we de belang­rijk­ste functio­nalitei­ten in onge­veer één uur zien. Mail ons gerust voor het maken van een af­spraak!

 
redactie:Chantal Hulst-Neijenhuis, Jeanne Kok, Gerard Koolstra en Marja van der Wind
e-mail:redactie@wiskundebrief.nl
website:www.wiskundebrief.nl