Jaarlijks wordt in het begin van de maand oktober de Nationale
Onderwijsweek georganiseerd. Tijdens die onderwijsweek wordt dan de
Nationale Onderwijstoptalentprijs uitgereikt. Wiskundedocent
Miranda Jansen is dit jaar de winnares in de categorie
voortgezet onderwijs. In haar lessen staan het stellen van open
vragen en de verwondering centraal.
De Nationale Onderwijstoptalentprijs wordt uitgereikt aan talentvolle,
aanstormende docenten in het primair en voortgezet onderwijs. Volgens het
juryrapport heeft
Miranda Jansen in haar lessenserie over lineaire
formules, bedoeld voor leerjaar 2, een fraaie koppeling gemaakt tussen wiskunde
en verwondering. De door haar ontwikkelde gesprekstool is volgens de jury
een mooi instrument voor docenten om ervaring op te doen met verschillende
onderwijsvormen en daarvan het effect bij de leerlingen te zien.
Miranda Jansen geeft het liefst les in de onderbouw van het voortgezet
onderwijs. Het is haar passie om aldaar haar leerlingen te enthousiasmeren en
om vanuit de verwondering de wiskundeangst bij haar leerlingen weg te nemen.
Een
interview met Miranda Jansen over haar ideeën is via deze link te vinden.
Wiskundeangst
Het is een mooie gedachte om het wiskunde-onderwijs vanuit de verwondering van
de leerling te benaderen. De gedachte dat je door die benadering de angst voor
wiskunde bij de leerling kunt wegnemen, lijkt mij echter iets te eenvoudig.
Voor
Miranda Jansen hebben al veel docenten en onderzoekers over het
fenomeen 'wiskundeangst' nagedacht. Over de oorzaak van die angst bestaat geen
eenduidige mening en een methode om die angst in algemene zin weg te nemen, is
nog niet gevonden. Terecht laat
Miranda Jansen de vraag open waarom
wiskundeangst wél en geschiedenisangst of aardrijkskundeangst niet bestaat.
En juist daarom is het de vraag of 'verwondering' bij wiskunde de oplossing is.
Drie specialisten
Waar ligt de kern van de wiskundeangst? Zonder ook maar een begin van ambitie
te hebben om het probleemgebied geheel in kaart te brengen, belicht ik hieronder
de invalshoek van een drietal specialisten op het gebied van de wiskundeangst.
David Tall
David Tall is Emeritus Professor in Mathematical Thinking aan
de universiteit van Warwick in Engeland. In zijn publicatie
"How
Humans Learn to Think Mathematically: Exploring the Three Worlds of
Mathematics" uit 2013 beschrijft hij de bijzondere opbouw van
het vak wiskunde, waarbij nieuwe vaardigheden afhankelijk zijn van eerder
opgedane vaardigheden. Vaak moet er daarbij afstand gedaan worden
van een eerder zo vertrouwde aanpak. Zo leert een kind bijvoorbeeld eerst
concrete dingen te tellen. De overgang naar het abstractere rekenen is dan
de eerste hindernis die het kind moet nemen. Later leert het kind tijdens
de wiskundeles om verhoudingstabellen te gebruiken maar al snel wordt er
daarna overgeschakeld naar het gebruik van abstractere groeifactoren. De
wiskunde wordt steeds abstracter en formeler en leerlingen die te lang
aan vertrouwde werkwijzen blijven vasthouden, raken uiteindelijk in de
knel. Dit zou een oorzaak kunnen zijn van die zo specifieke wiskundeangst.
Craig Barton
Craig Barton, docent wiskunde in Engeland, publiceerde in 2018
het boek
"How I wish I'd taught maths, Lessons learned form research,
conversations with experts, and 12 years of mistakes". Hij benadrukt
in zijn boek het effect van het ervaren van succes. Leren en motivatie zijn
afhankelijk van elkaar. Als iets lukt, dan ontstaat er bij de leerling de
bereidheid om hetzelfde nog een keer te doen. Zo ontstaat er kennis en
worden vaardigheden ontwikkeld. Lukt iets echter keer op keer niet, dan
kan bij de leerling de overtuiging ontstaan dat iedere verdere inspanning
tevergeefs is en ontstaat er een voedingsbodem voor wiskundeangst.
Jo Boaler
Jo Boaler is Professor of Mathematics Education aan de Stanford
Universiteit in de Verenigde Staten. In haar publicatie
"Mathematical
mindsets, Unleashing students' potential through creative math, inspiring
messages and innovative teaching" uit 2016 benadert zij het fenomeen
wiskundeangst meer vanuit de sociale hoek. Een belangrijke sociale factor
is volgens haar de vermeende vanzelfsprekendheid dat wiskunde een moeilijk vak is.
Die vanzelfsprekendheid wordt vaak in de vrouwelijke lijn doorgegeven.
"Het is niet raar dat je geen wiskunde kan. Ik vond het vroeger ook moeilijk".
Jo Boaler verzet zich verder tegen oefeningen en toetsen die onder
tijdsdruk moeten worden gemaakt en benadrukt de positieve kant van fouten
maken en van het van belang van een 'growth mindset' in plaats van een
'fixed mindset'. Haar benadering sluit aan bij het idee dat wiskundeangst
onder meisjes meer voorkomt dan onder jongens.
Uw benadering
Er wordt over het fenomeen 'wiskundeangst' op allerlei niveaus nagedacht
en de eensluidendheid is nog ver te zoeken. Ongetwijfeld heeft u als docent
ook veel te maken met wiskundeangst en heeft u daar uw eigen gedachten over.
Durft u de uitdaging aan om uw gedachten over het fenomeen 'wiskundeangst'
een keer op te schrijven en als bijdrage in te sturen?
jk