nummer 695, 8 februari 2015Dit nummer wordt gestuurd naar ca. 4300 adressen.
| De WiskundE-brief is een digitale nieuwsbrief, gericht op wiskundedocenten in het voortgezet onderwijs,
met als doel om een snelle onderlinge uitwisseling van informatie en meningen mogelijk te maken. De brief verschijnt buiten de schoolvakanties ongeveer één keer per week.
Het abonnement is gratis.Uw bijdragen aan de WiskundE-brief zijn welkom op het emailadres van de redactie. Op de website van de WiskundE-brief kunt u zich abonneren, vindt u alle voorwaarden en advertentietarieven en kunt u oude nummers nalezen. |
Artikelen en bijdragen | | |
Verschenen | | |
Advertenties | | |
Draagvlak rekentoets: een opzienbarende uitslag
Tijdens en rond de vergadering van de commissie van OC&W van de
Tweede Kamer werd er gesteggeld over de steun die er 'in het veld'
bestaat voor de rekentoets. Sommigen beweerden dat het aantal
voorstanders wel eens aanzienlijk zou kunnen zijn maar dat de
tegenstanders nu eenmaal een betere toegang tot de media zouden
hebben. De WiskundE-brief onderzocht dit draagvlak voor u. De
conclusie mag opzienbarend worden genoemd.
De WiskundE-brief heeft met ongeveer 4300 abonnees, voor een groot
deel werkzaam in het voortgezet onderwijs, een goede binding met
'het veld'. Het leek de redactie daarom verstandig om de
steun voor de rekentoets eens voor te leggen aan de abonnees. Om
de betrouwbaarheid en de uitvoerbaarheid goed te waarborgen,
koos de redactie voor het aanschrijven van een aselecte steekproef
uit het abonneebestand.
Vragen
De enquête werd eenvoudig gehouden. Hij telde slechts twee vragen
met op iedere vraag slechts drie mogelijke antwoorden:
- Bent u als wiskundedocent werkzaam in het voortgezet onderwijs?
- Nee.
- Ja maar naast een andere baan of beroepsmatige activiteit.
- Ja, als enige baan.
- Staat u achter het voornemen om het slagen voor het eindexamen
afhankelijk te maken van het slagen voor de rekentoets ?
- Nee.
- Alleen als de rekentoets ingrijpend wordt aangepast.
- Ja
Resultaten
Op een steekproef van bijna 600 adressen kwamen ruim 200 reacties
binnen. Bijna 60% van de respondenten antwoordt "Nee", ruim 30%
gaat alleen akkoord na een ingrijpende wijziging van de rekentoets
en slechts ongeveer één op de acht mensen uit 'het veld' staat
achter de rekentoets zoals deze nu is georganiseerd. Er is wat dat
betreft geen verschil tussen de wiskundedocenten en de overige
respondenten. De laatste groep is misschien zelfs nog iets
resoluter in de totale afwijzing van de rekentoets.
Opvallend is dat onder de groep voorstanders van de rekentoets
relatief veel mensen zitten die naast docent wiskunde nog een andere
baan hebben. Gaat het hier om docenten rekenen? Of gaat het om
docenten die op andere wijze betrokken zijn bij de rekentoets?
De enquête geeft hierover geen uitsluitsel.
Conclusies
Rekening houdend met marges die horen bij de steekproefomvang,
staan de volgende conclusies vrij stevig:
- Meer dan 80% van de wiskundeleraren is tegen de huidige rekentoets.
- Meer dan de helft van de wiskundeleraren wil überhaupt geen rekentoets
waarvoor je kunt zakken bij het eindexamen.
Beweringen dat het aantal voorstanders van de rekentoets wel eens
aanzienlijk zou kunnen zijn maar de tegenstanders gewoon een 'grotere
mond' hebben, zijn met deze enquête resoluut verwezen naar het rijk
der fabelen.
red
|
Onzinnige argumenten voor de rekentoets
In een interview met de Volkskrant geeft Lonneke Boels
wel een heel merkwaardig argument voor de rekentoets als
scherprechter voor de examenkandidaten in het middelbaar
onderwijs. Zij zegt: "Het was tot nu toe ook lastig, de
leerlingen voor de toets te motiveren ... In sommige van
mijn lessen is een derde van de leerlingen afwezig".
Dat is wel een bijzondere gedachtegang! De sanctie geeft
hier klaarblijkelijk zin aan de regel. Op de zelfde manier
zou je bijvoorbeeld kunnen beredeneren dat het maar goed is
dat je ergens maar 30 kilometer per uur mag rijden omdat je
anders een bekeuring krijgt...
Monstrum
Als je vindt dat het rekenonderwijs in Nederland onder de
maat is, dan moet je dáár iets aan doen. De rekentoets is een
monstrum dat ervoor zorgt dat één aspect van een vak dat al
genoeg mee weegt bij de vaststelling van het examenresultaat,
bepalend kan zijn voor de verdere loopbaan van grote groepen
leerlingen.
De besluitvorming met betrekking tot de rekentoets is helaas
typerend voor de gang van zaken in de politiek. Naar aanleiding
van een al dan niet reëel probleem worden zonder nadere analyse
krachtige maatregelen aangekondigd. Tijdens de daarop volgende
discussie wordt het ingenomen standpunt zo fanatiek verdedigd
dat men op een gegeven moment met goed fatsoen niet meer terug kan.
De betrokken deskundigen, in dit geval de werkenden in het onderwijs,
worden minachtend aangehoord en vervolgens genegeerd.
Hans Bijl
|
De rekentoets moet anders
Ik heb aan de rekentoetsenquête van de WiskundE-brief meegedaan.
Op de vraag of ik sta achter het voornemen om het slagen voor het
eindexamen afhankelijk te maken van het slagen voor de rekentoets heb
ik geantwoord: "Alleen als de rekentoets ingrijpend wordt aangepast".
Graag wil ik dat antwoord toelichten.
Het is mijn stelling dat het apart toetsen van rekenvaardigheid bij
leerlingen in het voortgezet onderwijs een goede zaak is. Dat is echter
alleen het geval wanneer het bij die toets gaat om het toetsen van de
vaardigheid in het hoofdreken en niet om het toeten van de vaardigheid
in het oplossen van contextrijke rekenvraagstukken met de rekenmachine.
Waarom stel ik dit? Wel, naar mijn mening komt het verwerken van informatie
binnen contexten al uitgebreid aan bod in de huidige wiskundemethodes. En
dat wordt uitentreuren getoetst. Daar hebben we niet nog een aparte
rekentoets voor nodig.
Gebrek aan oefening
Basaal getalinzicht, herkennen van delers, kennen van de rekenregels;
dát zijn de dingen die opnieuw onder de aandacht moeten worden gebracht.
Dáár een toets op richten is zinvol. Zo'n toets voegt iets toe aan het
huidige wiskundeonderwijs, waarin nu te weinig aandacht is voor het bijhouden
van de op de basisschool geleerde basale hoofdrekentechnieken.
Leerlingen leren in het algemeen goed (hoofd)rekenen op de basisschool. Maar
door gebrek aan oefening ebt die vaardigheid weg in het voortgezet onderwijs.
Hierdoor kunnen de leerlingen in het voortgezet onderwijs op een gegeven moment
niet meer hoofdrekenen en dat is een probleem. Voor bijvoorbeeld 3 × 12 of
35 / 7 grijpen deze leerlingen onmiddellijk naar de rekenmachine.
Ook voor het uitrekenen van sommen zoals hieronder wordt ook meteen de rekenmachine
gepakt, in plaats van er eerst even rustig naar te kijken, de sommen te vereenvoudigen
en het antwoord als breuk op te schrijven. Door het onjuist intypen, bijvoorbeeld
door haakjes te vergeten, is het antwoord van de rekenmachine vaak nog fout ook.
En enig idee welke orde van grootte het antwoord moet hebben, is bij de leerling
meestal ook niet meer aanwezig.
Voorbeelden
2 | · 3 = 0,99 (6 vwo wiskunde A) | | | | 15 · 24 | = 240 (4 havo wiskunde B) | 6 | 9 · 5 |
4 + 27 | = 7 (4 havo wiskunde A) | | | | (5 + a)2 = 52 + a2 (5 vwo) | 9 |
Rekenmachinegebruik beperken
Hoofdoorzaak van het wegebben van de rekenvaardigheden van leerlingen die het
voortgezet onderwijs instromen, is het onbeperkte gebruik van de rekenmachine.
De rekenmachine heeft een enorme toegevoegde waarde voor het wiskundeonderwijs.
Die zou echter daar ingezet moeten worden waar die toegevoegde waarde ook optreedt
en niet daar waar de rekenmachine de rekenvaardigheid in de hoofden van de
leerlingen vernietigt.
Als de leerlingen het hoofdrekenen goed bijhouden, dan zullen ze bij het gebruik
van de rekenmachine en in het rekenen binnen contexten minder fouten maken.
Het komt het rekenen in het algemeen ten goede. En daar is het ons toch om te doen?
Rens HoutmanRens@Houtman.nl
|
Rekentoetsen voor leerlingen met Ernstige Rekenproblemen
Leerlingen met ernstige rekenproblemen of Dyscalculie kunnen,
onder bepaalde voorwaarden, een aangepaste rekentoets maken,
de zogenaamde ER-toets.
Er zijn nu ook voorbeelden van deze ER-toetsen beschikbaar,
zowel voor niveau 2ER als voor niveau 3ER, compleet met
antwoorden en normering.
Via
deze link vindt u hierover meer informatie.
|
Materiaal voor rekenkast
Op onze school willen we graag een rekenkast met materialen in
gaan richten. Die rekenkast dient dan als ondersteuning voor het
reken- en wiskundeonderwijs.
We zijn aan het nadenken over wat er allemaal in die kast moet
komen. We zijn op zoek naar materialen. We willen graag horen van
andere docenten welke materialen er zo al gebruikt worden en waar
we die materialen kunnen vinden of bestellen.
Graag jullie ideeën en suggesties. We vinden het namelijk een
beetje jammer wanneer we het wiel opnieuw zounde gaan
uitvinden ...
Bastiaan van der Kooij
Docent wiskunde de Meerwaarde (Barneveld)
|
Correcte notatie hoort ook bij wiskunde A en C
In WiskundE-brief 679 schreef ik al een korte reactie op de aanpassing
in het correctievoorschrift voor wiskunde A en C. Hierop kwam
in WiskundE-brief 680 één reactie van Wolfgang Köchers, die het niet
met mij eens was. Verder heb ik er niemand over gehoord. Nu is
er een artikel verschenen in Euclides en in WiskundE-brief 694 wordt hiernaar
verwezen. Ik heb dat artikel gelezen en ik ben verbijsterd.
Het artikel staat vol met voorbeelden van wiskundige incorrectheden
die wij in het vervolg goed moeten gaan rekenen. De argumentatie
hiervoor is tegenstrijdig en naar mijn mening ongefundeerd.
Foutieve notaties mogen
Er wordt in het artikel gesteld dat het correct kunnen formuleren
belangrijk is en door leerlingen dient te worden beheerst. Toch
wordt in hetzelfde artikel vastgesteld dat fouten in wiskundige
notaties de leerlingen op het centraal examen niet aangerekend
moeten worden. De onderbouwing hiervoor is dat leerlingen met
wiskunde A of C niet opgeleid worden om actief wiskundige
notaties te kunnen gebruiken.
Wiskunde A en C zijn vakken waarbij wiskundig correcte notaties
gewoon bij horen. En als die vaardigheden, nota bene ook volgens
de schrijvers van het artikel, beheerst dienen te worden, dan
moeten fouten daarin op het centraal examen worden aangerekend.
In mijn hemd gezet
Door de in Euclides beschreven versoepeling voel ik me als
wiskundedocent niet serieus genomen. Jarenlang leggen wij als
docenten uit hoe de wiskundetaal gebruikt dient te worden en
op het examen maakt het allemaal ineens niet meer uit. Ik snap
daar niets van.
Wat me nog het meest verbaast, is dat we dit allemaal klaarblijkelijk
als makke schapen goed vinden. Niemand hoor ik erover. Ik kan
toch niet de enige zijn die zich in zijn hemd gezet voelt?
D.J.C. van den Einde
Wiskundedocent Mencia de Mendoza
|
Recordaantal leerlingen bij Wiskunde Olympiade
Voor het eerst in de geschiedenis hebben meer dan tienduizend
leerlingen meegedaan aan de eerste ronde van de Wiskunde Olympiade.
Er deden dit jaar 354 scholen mee met in totaal 10243 leerlingen.
We zijn heel verheugd dat de deelname aan de Wiskunde Olympiade
blijft groeien.
De volgende leerlingen gaan door naar de tweede ronde:
- 393 leerlingen uit 5 vwo en 5 havo met 24 punten of meer.
- 299 leerlingen uit 4 vwo en 4 havo met 21 punten of meer.
- 318 leerlingen uit de onderbouw met 17 punten of meer.
De tweede ronde wordt op 13 maart 2015 gehouden op twaalf universiteiten.
De beste leerlingen bij de tweede ronde uit elke categorie, zon 130 leerlingen
in totaal, worden vervolgens uitgenodigd voor de finale aan de TU Eindhoven
op 18 september 2015.
Scholenprijzen
Dit jaar waren er voor het eerst vier scholenprijzen. Er is een scholenprijs
voor de beste school 'overall', de school met de beste onderbouwdeelnemers,
de school met de beste vrouwelijke deelnemers en de beste school die in de
afgelopen drie jaar voor het eerst (weer) mee is gaan doen aan de Wiskunde
Olympiade.
Het Lorentz Casimir Lyceum uit Eindhoven heeft het bijzonder goed
gedaan. Zij staan op nummer 1 bij de scholenprijs 'overall', onderbouw en
vrouwelijke deelnemers. Omdat een school slechts één scholenprijs kan winnen,
gaat de Scholenprijs onderbouw naar de nummer 2, het Christelijk Gymnasium
Utrecht. De Scholenprijs voor de meisjes gaat naar het Stedelijk Gymnasium
Arnhem en de Scholenprijs nieuwe scholen gaat naar het Christelijk
Lyceum Veenendaal.
U vindt de opgaven, de uitwerkingen en het volledige verslag van de eerste
ronde op www.wiskundeolympiade.nl.
Namens de Stichting Nederlandse Wiskunde Olympiade,
Melanie Steentjes (melanie@wiskundeolympiade.nl)
|
Welke wiskunde moet ik kiezen? (2)
Voor de leerlingen in klas 3 havo en vwo hebben we bij onze
methode Moderne Wiskunde folders gemaakt: 'Welke wiskunde moet
ik kiezen?'.
In deze folders (havo en vwo) geven we aan, welke
opgaven uit de 9 e en de 10 e editie in klas
3 je kunt relateren aan wiskunde A, B, C of D in klas 4.
Volg
deze link voor onze folders.
Tom Eitjes ( t.eitjes@noordhoff.nl)
Moderne Wiskunde
|
VerschenenIn deze rubriek besteden we aandacht aan nieuwe publicaties en software op het gebied van wiskunde en wiskundeonderwijs. Uw inzendingen zijn welkom maar de redactie beslist uiteindelijk of en hoe een bijdrage geplaatst wordt.
Wiskundecurriculum sinds 1600
Op 10 december 2014 promoveerde Jenneke Krüger aan de
Universiteit op een proefschrift over de geschiedenis van
het Nederlands wiskundeonderwijs van 1600 tot 2000. In de
dissertatie worden ook lessen gettrokken voor het wiskundeonderwijs van de 21e eeuw.
De dissertatie van Jenneke Krüger heeft als titel " Actoren en
factoren achter het wiskundecurriculum sinds 1600" en is nu
gratis
via deze link te downloaden.
Voor geïnteresseerden zijn er nog een paar gedrukte exemplaren
beschikbaar. Mail hiervoor naar jenneke.kruger@gmail.com.
|
Advertenties
ffLeren Rekenen bewijst zichzelf |
Bent u goed in het stellen van de juiste vragen?
Bent u een creatieve en vakbekwame docent, die graag met
de vakinhoud en toetsing bezig is? Dan is meewerken aan de
constructie van centrale toetsen en examens misschien iets
voor u.
Cito zoekt docenten die beschikbaar zijn voor de constructie
van de examens wiskunde A havo, wiskunde B havo, wiskunde A/C
vwo en wiskunde B vwo. Wilt u meer weten? Kijk dan op
www.cito.nl.
(Deze advertentie werd per abuis al WiskundE-brief 693 geplaatst.
Vanaf nu kunt u de vacatures op de site van Cito bekijken)
|
Meld u nu aan voor een wiskunde informatiebijeenkomst |
Per direct gevraagd: eerstegraads docent wiskunde/natuurkunde
School at Sea, onderwijsprogramma voor 4 havo/vwo, zoekt per
direct een eerstegraads docent wiskunde/natuurkunde die invliegt
naar Cuba en meevaart naar huis. Twee maanden aan boord met 4
andere docenten, 5 bemanningsleden en 33 leerlingen.
mail: info@schoolatsea.com, tel. (020) 68 80 462.
|
|
|