in dit nummer:
RESULTATEN ENQUÊTE ARBEIDSPOSITIE WISKUNDE DOCENTEN WISKUNDEBRIEF SEP-OKT 2007
BEAUTIFUL YOUNG MINDS
EXAMENEISEN WISKUNDE HAVO(VANAF 2009) EN VWO(VANAF 2010)
GEMENGD PROGRAMMA WISKUNDE A/C LEERLINGEN VWO-4
WISKUNDE VOOR KLAS 1 IN NIJMEGEN GEVRAAGD
REGIONALE WISKUNDE-D ONTMOETING (UTRECHT)
WERELDBEROEMDE CRYPTOGRAAF SHAMIR SPREEKT OP CWI
De enquête is ingevuld door ca. 160 mensen. Als het goed is (maar dat kunnen we niet controleren) correspondeert dit aantal met evenveel scholen. Het betreft naar schatting ca 25% van het aantal scholen met een havo en/of vwo afdeling in Nederland. We hebben geprobeerd te voorkomen dat de enquête vooral zou worden ingevuld met gegevens van scholen waar de problemen relatief groot zijn, maar het is lastig om achteraf na te gaan in hoeverre dat gelukt is. De uitkomsten moeten in die zin dan dan ook met voorzichtigheid gehanteerd worden. Ze geven een indicatie van de problematiek rond het tekort aan wiskundeleraren op dit moment.
Ervan uitgaand dat normaal is dat alle lessen worden gegeven is het zorgelijk dat op zo’n 20% van de scholen lessen meer dan incidenteel uitvallen omdat er onvoldoende wiskundelaren beschikbaar zijn. In zo’n 7 % van de scholen is er zelfs sprake van uitvalpercentage van meer dan 5.
Een manier om te voorkomen dat leerlingen geen of minder les hebben, is andere docenten extra uren te laten geven, of groepen samen te voegen die anders apart les zouden hebben. In meer dan 40 % van de scholen speelt dit. In 20 % van de gevallen gaat het om meer dan 5 % van de lessen, soms aanzienlijk meer.
Op basis van de individuele gegevens kunnen we concluderen dat bij meer de helft van de scholen meer dan incidenteel sprake is van niet gegeven lessen en/of overuren. In ca. 12% van de gevallen gaat het om meer dan 10% van de wiskundelessen die niet op een ‘normale’ manier worden gegeven.
Het is bij lange na geen uitzondering dat wiskundelessen in de onderbouw havo-vwo worden gegeven door docenten die niet bevoegd zijn. Niet zelden gaat het zelfs om tientallen procenten.
Op basis van de individuele gegevens kan (rekening houdend met de leerlingenaantallen) een schatting gemaakt worden van het aantal wiskundelessen dat in de onderbouw onbevoegd wordt gegeven: bijna 10 %. Er zijn grote verschillen. Bij 45 % van de scholen speelt het niet of nauwelijks, bij ca. 12 % van de scholen gaat het om meer dan 30 % van de wiskundelessen.
De uitkomsten bevestigen de indruk dat een groot aantal lessen in de bovenbouw wordt gegeven door docenten zonder eerstegraads bevoegdheid. Het gaat om gemiddeld ca. 16 % van de lessen, met behoorlijke uitschieters naar boven. In ruim 10 % van de gevallen gaat het om meer dan 40 % van de lessen. De scholen waar (praktisch) alle lessen in deze sector door eerstegraads docenten worden verzorgd zijn in de minderheid – nauwelijks meer dan 25%.
Docenten met een afgeronde universitaire opleiding spelen kwantitatief geen dominante rol meer in de bovenbouw. Circa 55% van de lessen wordt gegeven door leraren zonder deze opleiding. Op heel wat scholen is hun rol marginaal. In 25 % van de gevallen nemen zij minder dan 20% van de wiskundelessen in de tweede fase voor hun rekening.
Het lijkt erop dat de situatie in het noorden en westen van het land wat ernstiger is dan in het zuiden en oosten. Zo wordt in het westen naar schatting 11 % van de wiskunde lessen in de onderbouw onbevoegd gegeven, en in het zuiden ‘slechts’ 7 %. In het noorden wordt maar liefst 22 % van de lessen in de bovenbouw gegeven door docenten zonder 1e graads bevoegdheid, in het oosten is dat ongeveer 12 %. In het Noorden worden opvallend veel lessen gegeven overuren of gecombineerde groepen (ca 5 %), tegen bijv 2 % in het zuiden.
De enquête die we gehouden hebben heeft niet de pretentie representatief te zijn. Het is goed mogelijk dat – ondanks onze oproep om ook te reageren als er weinig aan de hand lijkt te zijn – dat ‘probleemscholen’ oververtegenwoordigd zijn. Anderzijds gaat het om de situatie in het schooljaar 2007-2008, terwijl de voorspellingen uitwijzen dat de echte problemen nog voor ons liggen.
Tegen deze achtergrond zijn de uitkomsten van de enquête op zijn minst verontrustend.
Nu al worden veel lessen gegeven door mensen die daarvoor niet de juiste bevoegdheid hebben. Daarnaast is de pijn – zoals vaker – ongelijk verdeeld. Bij sommige scholen ( zo’n 20 % in onze steekproef) is weinig aan de hand, bij andere zie je op meerdere fronten problemen. Bij ongeveer een kwart (ruwe schatting) van de scholen in onze steekproef wordt meer dan de helft van de lessen gegeven op een niet optimale wijze (zonder de juiste bevoegdheid of als extra belasting voor de leerkracht).
Zondagavond 14 oktober (wanneer deze E-brief wordt verstuurd) heeft de BBC een anderhalfuurdurende uitzending over de (Engelse en Internationale) Wiskunde Olympiade. De uitzending begint om 22:00u (Nederlandse tijd) op BBC 2.
gk
U bent als docent dit jaar in 4 havo en vwo gestart met examenprogramma's voor wiskunde A, B en C zoals die in het voorjaar van 2007 via politiek besluit definitief zijn vastgesteld.
De bijbehorende syllabi, waarin specificaties van globale eindtermen zijn gegeven van de subdomeinen die in het centraal examen worden getoetst, zijn te vinden op de website waar alle officiële informatie over examens wordt gepubliceerd: www.examenblad.nl/
Daarmee vervallen de voorgaande versies van de syllabi. Voor u is het belangrijk om deze nieuwe syllabi en de bijbehorende examenprogramma’s goed te bekijken, want op een aantal punten zijn er, vanwege de politieke besluitvorming, nog ingrijpende wijzigingen doorgevoerd. Deze wijzigingen betreffen de examenprogramma’s van de vakken wiskunde A en C van het vwo:
In klas 4V werk ik met de nieuwe boeken van Moderne Wiskunde, VWO-A/C-1. Dit boek (een zgn. jaardeel) zou dit jaar uit moeten komen. Nu heb ik één leerling met wiskunde C tussen 21 wiskunde-A kiezers zitten. Op mijn school geven we geen proefwerken, alleen 4 keer per jaar een schoolexamen. Deze leerling vindt het niet zo prettig dat ze dezelfde toets moet maken
als de wiskunde-A kiezers. Mijn verweer is dat het programma pas in 6V écht uit elkaar gaat lopen, maar verschil in behandeling had ze graag al in klas 4 gezien. Zijn er collega's met gemengde 4V-groepen wiskunde-A en -C die met Moderne Wiskunde een betere oplossing hebben gevonden?
Op onze school hebben we jaarlijks een excursie naar Nijmegen. vanuit verschillende vaksecties. We gaan dan oa.naar het Afrikamuzeum of Oriëntalis. De wiskundesectie is op zoek naar een leuk onderdeel in Nijmegen of omgeving voor leerlingen van klas 1. Wie heeft een leuk idee?
Met vriendelijke groet, José Kleinluchtenbeld j.kleinluchtenbeld{at}chello.nlOp woensdag 31 oktober organiseert het BEtaSTeunpunt Utrecht (Best-Utrecht) een ontmoeting voor docenten uit de regio Utrecht die te maken hebben of krijgen met het nieuwe bètavak Wiskunde D. Op een aantal scholen is dit vak al ingevoerd; andere scholen zijn zich hierop aan het oriënteren. Het is nuttig om van elkaar te vernemen hoe andere scholen hierbij te werk gaan, welke keuzes er worden gemaakt en tegen wat voor problemen er zoal wordt aangelopen. Deze ontmoeting zal dan ook vooral een middag voor en door wiskunde-D docenten zijn, van geïnteresseerden tot ervaringsdeskundigen.
Het programma en een aanmeldingsformulier vindt u op
Vanuit het steunpunt zijn de Universiteit Utrecht en de Hogeschool Utrecht modules aan het ontwikkelen die in het kader van het zogenaamde samenwerkingsmodel voor Wiskunde D kunnen worden gevolgd. We zullen van gedachten wisselen over de praktische invulling en vorm van het volgen van deze modules aan de HO-instelling. Daarnaast zullen we kort op de inhoud ingaan. Ook zullen we de behoefte aan eventuele bijscholingsactiviteiten peilen: waar zitten mogelijk hiaten en wat kan Hogeschool of Universiteit daarbij betekenen?
De bijeenkomst is bestemd voor docenten uit de regio Utrecht. Deelname is kosteloos. U kunt zich opgeven door voor 24 oktober een mail te sturen naar centrumarchimedes{at}hu.nl
Gebruikt u hiervoor s.v.p. het formulier dat u kunt vinden op www.best-utrecht.nl
Adi Shamir - een van de 'founding fathers' van de moderne cryptografie - spreekt op maandag 29 oktober 2007 op het Centrum voor Wiskunde en Informatica (CWI) in Amsterdam. Zijn lezing gaat over een nieuwe manier om een bepaalde beveiliging - het 'SFLASH multivariate cryptosysteem' - te kraken. Shamir is de 'S' uit het bekende RSA-cryptosysteem, dat hij samen met onderzoekers Rivest en Adleman in de jaren zeventig ontwierp. Voor dit werk wonnen zij in 2002 de ACM Turing Award, die ook wel de 'Nobelprijs voor de informatica' wordt genoemd.
BRON: WPD ( www.wiskundepersdienst.nl/ )